Voor een mooie grasmat waarin onkruid weinig kans krijgt, is regelmatig bemesten een voorwaarde. Een idee als: „Laat ik het gazon maar niet bemesten, dan hoef ik het minder vaak te maaien”, werkt niet. Vooral als het gras bij iedere maaibeurt verwijderd wordt, verdwijnen er veel mineralen, en die moeten worden aangevuld.

Ook bloemen en groente hebben bemesting nodig. Het is niet nodig te overdrijven door in één keer veel mest te geven en daarna niet meer. Regelmaat in het groeiseizoen is wel belangrijk, met name in de voorzomer – geef bijvoorbeeld om de twee tot vier weken mest. Een goed moment is als er regen verwacht wordt.

Gezien de variatie die er is in grondsoorten, valt moeilijk aan te geven hoeveel en welke meststoffen nodig en het beste zijn. Zo heeft zure grond kalkhoudende meststoffen nodig. Om zoiets precies te weten, is grondonderzoek een optie.

Op grond die van zichzelf arm is aan organische stof, zoals zandgrond, is organische mest gewenst. Organische meststoffen hebben een langzamere, maar langere werking dan kunstmest en een positieve invloed op het bodemleven. Het gehalte aan mineralen is lager dan bij kunstmest, dus er moet meer van gegeven worden. Let wel op het zoutgehalte, dat mag niet te hoog zijn.

Kunstmest werkt sneller, is gemakkelijk toe te dienen en is per eenheid mineralen het goedkoopst.

Wacht niet met bemesten tot de planten licht verkleuren of nauwelijks meer groeien. Doe het voor de groei een aanvang neemt, dus vooral in lente en voorzomer. Stop half augustus met bemesten, zodat de planten in het najaar niet te lang doorgroeien.

Ook kamerplanten moeten vooral tijdens de groei worden bemest, en niet of nauwelijks in de winter, of als ze in rust zijn. Omdat de hoeveelheid grond in een pot beperkt is, luistert bemesting veel nauwer dan in de volle grond van de tuin. Het is goed om planten die al langere tijd in de huiskamer staan, af en toe in water te dompelen, zodat een te veel aan zouten uit kan spoelen. Het is wel nodig om hierna weer enige mest te geven want ook de goede voedingsstoffen spoelen weg.

Naarmate potgrond uitdroogt, neemt de concentratie aan mineralen toe. Dit betekent voor plantenwortels dat ze daardoor moeilijk water kunnen opnemen. Met name orchideeën als phalaenopsis, maar ook cyclaam en saintpaulia zijn heel gevoelig voor hogere zoutconcentraties. Geef deze planten daarom liefst een heel lage dosering meststof, en doe dat eventueel een keer vaker, maar spoel de grond ook regelmatig even.