Condens uit vliegtuig warmt aarde sterk op
Vliegtuigen dragen meer bij aan de opwarming van de aarde dan gedacht. Schattingen lopen uiteen van 2 tot 14 procent. Onder meer de witte uitlaatstrepen van vliegtuigen spelen daarbij een belangrijke rol.
Dat blijkt uit onderzoek van het Duitse instituut voor lucht- en ruimtevaartonderzoek. De wetenschappers schreven vorige week in het nieuwe tijdschrift Nature Climate Change dat de vliegtuigen grote hoeveelheden broeikasgassen, fijnstofdeeltjes en stikstofoxiden uitstoten.
Bovendien veranderen vliegtuigen de structuur van de bewolking in hogere luchtlagen, zo blijkt uit computermodellen. Als de uitlaatgassen op grote hoogte bevriezen, ontstaan er ijskristallen. Deze zogeheten condensstrepen vormen vervolgens een soort cirruswolken die bijna een dag intact blijven.
Deze bewolking is dun en reflecteert niet veel inkomend zonlicht, maar houdt wel de warmte vast die de aarde uitstraalt. Daardoor dragen deze wolken bij aan het broeikaseffect. Het opwarmende effect van deze ijskristalstrepen is sterker dan dat van de uitgestoten CO2 door vliegtuigen.
Terwijl vliegtuigen zelf wolken vormen, gaan ze de natuurlijke wolkvorming tegen. Per saldo is de bedekking door verwaaide condensstrepen echter tien keer groter dan door de direct zichtbare strepen.