GZB noteert voor 2002 negatief saldo
De Gereformeerde Zendingsbond (GZB) heeft het jaar 2002 afgesloten met een negatief saldo van 576.000 euro. De inkomsten uit de gemeenten bleven 3 procent achter bij het jaar daarvoor.
Dat valt op te maken uit het jaarverslag 2002. De GZB ontving in het verslagjaar ruim 4 miljoen euro. „Dat betekent dat een beoogde groei van 3,5 procent niet kon worden gerealiseerd”, aldus B. Stolk, coördinator binnenland van de zendingsbond.
Opvallend is dat de opbrengsten uit de landelijke zendingscollecten tijdens kerkdiensten 15 procent minder bedroegen. Stolk zegt desgevraagd dat het nog niet helemaal duidelijk is wat de oorzaken daarvan zijn. Hij veronderstelt dat er in de gemeenten meer gecollecteerd is voor specifieke zendingsdoeleinden, waardoor er minder terechtkwam in de algemene kas. Ook wijst hij erop dat in 2002 het jubileumeffect van 2001 (toen de bond 100 jaar bestond) werd gemist. „Verder willen we nog daadwerkelijk onderzoek doen naar de terugloop in de zendingscollecten.”
Het grootste deel van het negatieve saldo werd in mindering gebracht op de exploitatiereserve. Deze is bijna gehalveerd, tot circa 680.000 euro, volgens de GZB „een absoluut aanvaardbaar minimum.” Door een groter accent op de eigen fondswerving blijken de kosten van fondswerving met ongeveer 40 procent te zijn gestegen.
Aan het einde van het verslagjaar besloot de GZB een nieuwe structuur van de werkorganisatie in te voeren. Al langer bestond de overtuiging dat een aantal wijzigingen nodig was om het zendingswerk, de kerntaak van de bond, efficiënter uit te voeren. In een nieuw beleidsplan wordt de beleidsvisie voor de jaren 2004-2008 verwoord. De zendingsbond heeft zich bezonnen op haar visie op Israël, op de theologie van de godsdiensten (vooral de islam en zijn missionaire uitdaging) en op de dienst der genezing.
Ten aanzien van het SoW-proces ervaart de GZB „een behoorlijke mate van verlegenheid. De synodale besluiten worden door de GZB gerespecteerd en gevolgd, terwijl daarbij mede gevoeld en gedeeld wordt de pijn en de zorg van de gemeenten over die besluiten. In het afgelopen jaar bleef de GZB zijn positie binnen de kerk innemen. Naar de toekomst zal bij nieuwe ontwikkelingen bezinning plaatsvinden om een juiste positie te vinden.”
