Het terugtreden van de 78-jarige Than Shwe volgt op de formele overdracht van de macht door de militaire junta aan de nieuwe regering. Die werd vorige week woensdag bekrachtigd. Bij de inauguratie die dag van president Thein Sein was generaal Min Aung Hlaing aanwezig als commandant van de strijdkrachten. Op dat moment was het nog onduidelijk of Than Shwe afscheid had gedaan van zijn leidende functie binnen het leger.

Van een echte burgerregering en een open democratie is overigens nog lang geen sprake in Myanmar. Hoge militairen zijn uit dienst getreden en hebben als burgerpolitici de belangrijkste posten gekregen in de nieuwe regering. De belangrijkste oppositiepartij, de Nationale Liga voor Democratie van Nobelprijswinnares Aung San Suu Kyi, is niet vertegenwoordigd in het parlement. Een kwart van de zetels in het parlement wordt bezet door militairen.

Waarnemers verwachten dat het militaire regime achter de schermen de controle over het land zal behouden. Velen denken dat het aanstellen van vrienden in de burgerregering een strategie is van Than Shwe om in de toekomst zijn veiligheid te garanderen en eventuele strafrechtelijke vervolging of uitlevering aan het Internationaal Strafhof te voorkomen. Het veiligheidsapparaat heeft in de afgelopen decennia onder leiding van Than Shwe keihard opgetreden tegen etnische minderheden en politieke tegenstanders. Duizenden mensen werden gedood, gevangen gezet, ontvoerd en gemarteld.

Desondanks overwegen westerse landen de economische sancties tegen Myanmar te versoepelen, nu sprake is van een nieuwe regering. Het beëindigen van Suu Kyi’s huisarrest in november vorig jaar wordt ook gezien als een positief signaal. Veel landen blijven echter sceptisch over de machtsoverdracht.