Volkelse F-16’s klaar voor Libië
VOLKEL – Voor het 24 uur per dag, 7 dagen per week handhaven van een vliegverbod boven Libië zijn zeventig militaire vliegtuigen nodig. Dat zegt kolonel Peter Tankink, commandant van de Vliegbasis Volkel.
Volgens Tankink (45) zijn niet alleen gevechtstoestellen van belang, maar ook transport- en tankvliegtuigen en de vliegende radars van de NAVO, de zogenaamde Awacs-toestellen. „De NAVO kan heel veel zelf als verschillende coalitiepartners, waaronder de Verenigde Staten, meewerken.”
Dat ervoer Tankink in Afghanistan, waar hij in het najaar van 2009 het commando voerde over Nederlandse F-16’s en helikopters die deel uitmaakten van de ISAF-missie in het land. Juist deze week maakten de Nederlandse F-16’s hun 7000e vliegbeweging boven Afghanistan.
Sinds eind 2002 neemt de luchtmacht deel aan militaire operaties in Afghanistan. Eerst vanaf Vliegbasis Manas in Kirgizië, daarna vanaf Kabul International Airport en sinds november 2006 vanaf Kandahar Airfield. Deze zomer worden de F-16’s verplaatst naar het noordelijke Kunduz.
Mocht Nederland ook een rol gaan spelen in het handhaven van de no-flyzone boven Libië, dan is de Koninklijke Luchtmacht er klaar voor, aldus Tankink. „Op de basis zijn de mannen en vrouwen gekluisterd aan radio en tv en vol verwachting om daadwerkelijk een operatie uit te voeren.”
Volgens de kolonel kunnen ‘zijn’ F-16’s opereren vanaf hun thuisbasis in het Brabantse Volkel. „Drie uur heen, drie uur boven Libië en weer drie uur terug; een volle dag van negen uur. Dat is goed te doen”, aldus Tankink.
Het op tijd vliegklaar hebben van voldoende F-16’s is volgens de kolonel geen probleem. „Als het moet is 70 procent van de vloot inzetbaar.” De luchtmacht beschikt over 86 F-16’s, verdeeld over twee bases: Volkel en Leeuwarden. Vier toestellen zijn op missie in het zuiden van Afghanistan. Ook zijn er enkele toestellen voor trainingsdoeleinden in de Verenigde Staten. Vanaf volgende week staan er twee F-16’s op Volkel dag en nacht klaar om het vaderlandse luchtruim te beschermen.
De NAVO, die het vliegverbod boven het Noord-Afrikaanse land moet afdwingen, was vrijdagavond nog druk met het in kaart brengen van de mogelijkheden. De Britse premier Cameron zei vrijdag in het Lagerhuis dat zijn land Tornado’s en Typhoons levert, evenals tankvliegtuigen. Canada stuurt zes gevechtsvliegtuigen naar de regio.
Frankrijk, dat openlijk ijverde voor het vliegverbod, zal naar verwachting Mirages en Rafales leveren. Ook kan het land vliegbases beschikbaar stellen aan de Middellandse Zeekust en op Corsica. Binnen anderhalf uur kunnen straaljagers dan bij Libië zijn. Vliegtuigen kunnen ook opstijgen van zeven Italiaanse bases. Vanaf Sicilië is de Libische kust binnen een halfuur te bereiken.
Afdwingen van een vliegverbod is niet vreemd voor Defensie. Van 1993 tot eind 1995 maakten F-16’s van de Koninklijke Luchtmacht deel uit van een NAVO-luchtvloot voor de operatie Deny Flight. Deze operatie moest het internationale vliegverbod boven Bosnië-Herzegovina met militaire middelen afdwingen, zoals in een resolutie van de Verenigde Naties was vastgelegd.
Tankink deed als F-16-piloot mee aan Deny Flight. Niet dat het veel voorstelde. „Er waren af en toe alleen wat helikopters in de lucht”, zegt hij nu. Een paar jaar later kreeg Tankink het steviger voor zijn kiezen. Op 24 maart 1999 schoot hij op de eerste dag van de Kosovo-oorlog een Joegoslavische MiG-29 uit de lucht. Het was voor het eerst sinds de Tweede Wereldoorlog dat een Nederlandse vlieger een vijandig toestel neerhaalde.