De expositie toont iconen, maar ook frescofragmenten, priestergewaden, schilderijen, historische boeken en gouden en zilveren attributen, zoals hanglampen en kelken.

De ruim duizend jaar oude Russisch-Orthodoxe Kerk was altijd van grote invloed op het artistieke klimaat in het land, zei hoofd tentoonstellingen Marlies Kleiterp gisteren. „Eeuwenlang was kerkelijke kunst de enige kunst in Rusland.” Na de revolutie in 1917 verdween de Russisch-Orthodoxe Kerk naar de achtergrond, maar na de val van het communisme, begin jaren negentig van de vorige eeuw, leefde de kerk op. Videopresentaties tonen de kerkelijke beleving in het Rusland van nu.

Het religieuze erfgoed op de tentoonstelling is vooral afkomstig van de Hermitage in Sint-Petersburg, het „moedermuseum” van de vestiging in Amsterdam. Veel voorwerpen worden voor het eerst aan het publiek getoond. Door die „heel nauwkeurig te bekijken”, leren bezoekers de Russisch-Orthodoxe Kerk van binnenuit kennen, aldus afdelingshoofd Vjatsjeslav Fjodorov.