Parlementaire enquête naar privatisering
De kogel is door de kerk: de Eerste Kamer gaat zich voorbereiden op een parlementaire enquête naar de gevolgen van de privatisering van overheidsdiensten. Met de kleinst mogelijke meerderheid (38 stemmen voor, 37 tegen) werd dinsdagavond een voorstel aangenomen van vertrekkend ChristenUniesenator Schuurman. Een commissie van Kamerleden gaat zich buigen over de invulling van het onderzoek. Hoewel een nieuwe Senaat na 23 mei nog roet in het eten kan gooien, is daarmee de grootste stap richting een enquête gezet.
Het instellen van een parlementaire enquête –die onder meer verhoring onder ede mogelijk maakt– is een relatief zwaar middel dat zelden wordt ingezet. Dat geldt voor de Tweede Kamer (die in de 19e eeuw negen, in de 20e eeuw zeven en de laatste tien jaar twee keer tot een dergelijk onderzoek besloot), maar helemaal voor de Senaat. Hoewel de Eerste Kamer al sinds 1878 over dit grondwettelijk instrument beschikt, nam hij het nog nimmer ter hand. Schuurman wil het nu gebruiken om marktwerkingsoperaties uit het verleden te evalueren en zodoende lessen te trekken voor nieuwe privatiseringsvraagstukken in de toekomst, zoals in de zorgsector.
Nu is lessen trekken uit het verleden een goede zaak, en al helemaal als het om zoiets ingrijpends gaat als privatisering. Duidelijk is wel dat het geloof in marktwerking van burgers de laatste jaren op zijn minst een flinke knauw heeft gekregen. Bij mobiele telefonie zullen ze nog wel de meerwaarde erkennen van het doorsnijden van de staatsbanden: sinds de privatisering is hier de keuze toegenomen, de prijs gedaald en de kwaliteit verbeterd. Maar dagelijks post ontvangen van drie parttimepostbestellers en je stroom te moeten afrekenen bij Duitse of Zweedse energiereuzen, dat zal toch eerder de nodige scepsis oproepen. Om over de recente westerntaferelen in de taxibranche en de chaos in de thuiszorg nog maar te zwijgen.
Toch sneden de argumenten waarmee VVD, CDA en SGP zich dinsdag tegen het CU-voorstel keerden hout. Want waarom nu overhaast dit ultieme parlementaire wapen uit de kast trekken, terwijl er in de afgelopen jaren al verschillende lijvige rapporten verschenen –onder meer van de breed samengestelde SER– over de weldaden en tekortkomingen van privatisering, die opvallend genoeg nog nooit zijn besproken? Plan nu eerst eens dat debat, bekijk wat er al ligt aan informatie, stel vast wat je nog mist en bezie vervolgens of een enquête het geëigende middel is om dit te verkrijgen, stelden VVD, CDA en SGP terecht voor. Zadel dus niet in allerijl een nieuwe Kamer op met een dergelijke zware en belastende erfenis. „Alle enquêtes kwamen tot nog toe tot stand ná uitvoerige debatten over de beschikbare informatie”, stelde VVD-senator Hermans, die een opvallend open houding aannam tegenover een eventueel later besluit tot een enquête.
Schuurman verzuimde echter deze handreiking te doen, die mogelijkerwijs unanieme steun voor zijn belangwekkende onderwerp had kunnen opleveren. Daardoor moet de absolute nestor in de Eerste Kamer –met een anciënniteit van ruim 10.000 dagen–, het doen met nipte steun voor zijn laatste grote daad in de Senaat.