Nieuwe Statenleden over biddag: Werken in de kerk
APELDOORN – Voor de nieuwgekozen Provinciale Statenleden is de biddag dit jaar extra bijzonder. „Je voelt het gewicht van de nieuwe taak.” Maar ook: „Gebed is niet voor één dag, maar moet een integraal onderdeel van ons leven zijn.”
Het aantal zetels van de christelijke partijen in de provincies daalde vorige week sterk, hoewel de kleine christelijke partijen het aantal stemmen juist zagen stijgen. Toch zijn er nieuwelingen die in de Staten hun plaats gaan innemen voor partijen zoals het CDA, de ChristenUnie en de SGP. Hoe gaan zij dit jaar met biddag om, nu hun leven deze wending nam?
Voor dr. Klaas Ruitenberg is de vraag überhaupt erg vers. Pas maandag kwam de definitieve uitslag van de Provinciale Statenverkiezingen in Gelderland, en hoorde hij van zijn verkiezing. „Het was best spannend”, vindt de directeur van zorginstelling De Schutse. Het rommelde immers in de Gelderse SGP, mede door een voorkeursactie voor de laag op de lijst geplaatste Statenleden Holdijk en Zondag. Dezen hebben het echter niet gered. „Toch wel fijn om te horen”, zegt Ruitenberg. „Hoewel er commotie was, heeft intern onderzoek uitgewezen dat alle procedures correct zijn doorlopen.”
Het gewicht van de nieuwe functie telt zeker mee deze biddag, vindt Ruitenberg. En er zal gebed zijn om nederigheid. „Zoals mijn vrouw maandag zei: Dat we hiermee niet hoogmoedig zouden worden.”
Hoe kan de biddag volgens u gepromoot worden?
„Het gaat er om hoe we die dag doorbrengen: Gaat daar iets van uit? In sommige kerken is er alleen maar ’s avonds dienst. Dan is het maatschappelijk effect van die dag bijna nul. Het je terugtrekken uit de maatschappij ontbreekt dan.
Wij gaan als gezin altijd twee keer naar onze kerk in Opheusden, de gereformeerde gemeente in Nederland. We brengen vandaag echt als een zondag door. De kerkenraad, waarvan ik deel uitmaak, roept onze mensen ook op om dat zo te doen.”
Een dag als de zondag? Dat is de biddag juist niet, vindt Jan Jacob van Dijk, de nieuwe fractieleider van het CDA in Gelderland. „Gebed is niet voor één dag, maar moet een integraal onderdeel van ons leven zijn.”
Vanuit het niets kwam Van Dijk op nummer 1 op de CDA-lijst. Maar onder meer acht jaar Kamerlidmaatschap maken de bijzonder hoogleraar bepaald geen politieke nieuweling.
Hoewel hij de biddag uit zijn jeugd wel als aparte dag kent, geeft Van Dijk er nu geen speciale aandacht aan. Althans niet vandaag: „In onze PKN-gemeente in Culemborg wordt de biddag altijd op de eerstvolgende zondag herdacht.” Een goede oplossing, vindt hij: „Het grote gevaar van zo’n aparte dag is dat het gebed op andere dagen geen aandacht meer krijgt.”
Welke rol speelt het gebed in uw politieke werk?
„Daar ga ik in de krant niets over zeggen, dat houd ik liever privé.”
Dat provinciale politiek bepaald geen hobby is voor verstofte types, bewijst Arne Schaddelee. Met zijn 30 jaar behoort de nieuwkomer voor de ChristenUnie tot de jeugdigen in de Utrechtse Staten. Prima, wat hem betreft: „De provincie heeft een goede mix tussen oud en jong nodig.”
Hij zegt zeer te hechten aan de biddag. „We gaan twee keer naar onze kerk, de gereformeerde gemeente van Houten. En inderdaad, dat is dit jaar extra bijzonder.”
De manager communicatie bij de RMU ziet de biddag niet als een zondag. „Op die dag ben je vooral bezig met je persoonlijke zielenheil, terwijl de biddag echt apart staat voor de nood van de naaste en van ons land.”
Schaddelee: „Laat er daarom ook gebeden worden voor de christelijke politiek in haar hele breedte. Voor alle christenen in de politiek die, met de Bijbel in de hand, iets willen doen voor de nood in ons land. Want die is er: niet alleen economisch, maar ook geestelijk.”
Wat adviseert u iemand die maar met moeite vrij kon krijgen vandaag?
„Als het tot een gesprek komt, zeg dan gerust tegen je leidinggevende: „Op biddag ben ik ook voor je aan het werk. Niet hier, maar in de kerk.”