Rookdeeltjes Australische bosbranden reizen wereld rond
Rookdeeltjes van grote Australische bosbranden in december 2006 hebben binnen twaalf dagen een reis om de wereld gemaakt. De rook kwam op meer dan 12 kilometer hoogte in de stratosfeer terecht en liftte mee met sterke straalstromen, krachtige wind die op grote hoogten waait.
Dat ontdekte klimaatonderzoeker Ruud Dirksen tijdens zijn promotieonderzoek aan de Technische Universiteit Eindhoven. Hij promoveerde op 28 februari op zijn proefschrift ”On satellite observations of atmospheric composition and their interpretation”.
De Australische rookpluim kon volgens Dirksen zo hoog komen omdat een toevallig passerend koufront de warme lucht een zetje omhoog gaf. Dit verschijnsel heet pyroconvectie. De intense hitte van de branden zorgde ervoor dat de rook ten slotte de straalstroom kon bereiken.
Volgens het KNMI kan rook die opstijgt naar grote hoogte zonlicht tegenhouden en daardoor het klimaat beïnvloeden.
Bij bosbranden wordt onder andere het giftige stikstofdioxide gevormd. Dit gas speelt een belangrijke rol bij de vorming van smog en heeft hierdoor directe invloed op de kwaliteit van de lucht in de troposfeer, de onderste kilometers van de atmosfeer. Ook kan dit gas met de rook meereizen om de aarde.