Commentaar: Washington weet geen raad met zichzelf
Washington weet de laatste tijd met zichzelf niet zo goed raad. In toenemende mate, zelfs. Neem de reactie op de al weken durende onrust in de Arabische wereld. Afwachten, leek steeds het devies van het Witte Huis. Pas als blijkt dat de situatie voor een dictator (en bondgenoot) écht onhoudbaar wordt, klinkt er pas ferme taal uit Amerika. Vertrekken – en wel nú.
Zo ging het ook in het geval van Libië. Niet dat Muammar Gaddafi nu direct een bondgenoot van de Verenigde Staten was. Maar hij vormde op de een of andere manier toch een stabiele factor in Noord-Afrika. En dus aarzelde Washington om van het begin af aan hard op zijn vertrek aan te dringen. En was het nota bene de Franse president Sarkozy, die als eerste wereldleider eiste dat Gaddafi eieren voor zijn geld kiest.
Nu duidelijk wordt dat het gezag van de Libische leider steeds verder afbrokkelt, beginnen de VS ook hun partijtje mee te blazen in het internationale protestorkest. Dat moest ook wel, al was het alleen maar om de groeiende ontevredenheid onder de Republikeinen weg te nemen, die al dagenlang morren dat het Witte Huis een te afwachtende houding inneemt.
Het is tijd voor Gaddafi om te vertrekken – en wel nú, sprak minister van Buitenlandse Zaken Hillary Clinton daarom gisteren dreigend. Washington kondigde tevens aan dat het oorlogsschepen naar Libië manoeuvreert. „Voor het geval ze nodig zijn”, heette het gisteren – opnieuw voorzichtig. De Britten hadden de Amerikanen allang rechts ingehaald. Militair ingrijpen wordt als serieuze optie overwogen, aldus de Britse premier Cameron.
Opnieuw blijkt hier het aloude spel van belangenverdediging. In 1986 bombardeerden Amerikaanse gevechtsvliegtuigen doelen in Libië, na een bomaanslag op een discotheek in Berlijn. De reden? Twee Amerikaanse militairen kwamen bij die terreuraanval om het leven en 79 Amerikanen raakten gewond. De inlichtingendienst bestempelde Gaddafi als het brein achter de aanslag.
Anno 2011 bombardeert Gaddafi zijn eigen bevolking, of moordt Libiërs op andere manieren uit. Hij houdt brallende toespraken, waarin hij volhoudt dat Libië rustig is en dat het volk van hem houdt.
Hoeveel meer moet een dictator overhoop halen voor hij de daadkracht van de internationale gemeenschap over zich afroept?
Het gaat natuurlijk niet aan om militaire actie tegen een soevereine staat te promoten. Tegelijkertijd blijven de vragen over de schijnbare willekeur van de internationale gemeenschap onverminderd staan.
De Amerikanen bombarderen naar believen met hun onbemande vliegtuigjes talibanstrijders in het Pakistaanse grensgebied en vuren kruisvluchtwapens op Jemen, Somalië en Sudan af. Washington houdt de wereld voor dat hij beter af is met een Irak zonder Saddam Hussein.
De Verenigde Staten hebben de macht en de middelen om ook figuren als Gaddafi vroegtijdig een halt toe te roepen. Of Robert Mugabe. Of Mahmud Ahmadinejad. Maar ja, die belangen. Hoewel… Libië produceert wél olie.