9 november 1988: Ongeveer 35.000 studenten demonstreren onder leiding van Maarten van Poelgeest in Amsterdam tegen de plannen van minister van Onderwijs Wim Deetman (CDA). Van Poelgeest is nu wethouder in de hoofdstad, maar was in 1988 nog een punker met zwarte make-up. De demonstratie loopt uit de hand, waarbij Deetman in zijn buik wordt geschopt.

8 mei 1993: Een grote demonstratie van studenten en jongeren in Den Haag loopt uit de hand. Minister Jo Ritzen (PvdA) wil de basisbeurs verlagen, en het kabinet wil ook de bijstand voor jongeren onder de 21 afschaffen. De politie grijpt hardhandig in en er vallen tientallen gewonden. Bij het tienjarig bestaan van de Landelijke Studentenvakbond (LSVb) een week later zegt Ritzen daarover: „Een striem op de rug, een striem op de ziel”.

14 december 1994: Een studentendemonstratie in Utrecht mondt uit in chaos op het spoor. Na afloop van het protest blokkeren honderden studenten de rails waardoor het treinverkeer tot stilstand komt. Volgens de politie protesteerden die dag circa 2500 studenten, volgens de organisatie waren het er tienduizend. De NS zien ervan af studenten financieel aansprakelijk te stellen voor de schade.

14 mei 1997: Ruim tweeduizend studenten protesteren in Den Haag tegen de plannen van minister Ritzen met de ov-jaarkaart. De minister wil studenten die niet meer bij hun ouders wonen verplichten om een weekendkaart te nemen. Twee dagen eerder bezetten studenten uit protest korte tijd het hoofdkantoor van streekvervoerbedrijf VSN in Utrecht.

12 november 2002: Op het Amsterdamse Museumplein ageren ongeveer achtduizend studenten tegen plannen van staatssecretaris Annette Nijs (VVD) om 358 miljoen euro op het hoger onderwijs te bezuinigen. Het was onzeker of de demonstratie kon doorgaan. Burgemeester Wim Deetman van Den Haag verbood het studentenprotest. Bij zijn Amsterdamse collega Job Cohen mogen de studenten wel demonstreren op het Museumplein, maar niet op de Dam.