Beproevingen
1 Petrus 4:18
„Indien de rechtvaardige nauwelijks zalig wordt, waar zal de goddeloze en zondaar verschijnen?” De uitverkorenen moeten zichzelf verloochenen, hun kruis op zich nemen en hun Heiland navolgen. Ze gaan door vele verdrukkingen het Koninkrijk Gods in. Ze hebben ook hun aanklevende gebreken en zwakheden. Zelfs de meest rechtvaardige heeft redenen om met David te bidden: „Ga niet in het gericht met Uw knecht, want niemand die leeft zal voor Uw aangezicht rechtvaardig zijn.” „Zo Gij, Heere! de ongerechtigheden gadeslaat; Heere, wie zal bestaan?”
De rechtvaardige wordt wel behouden, maar slechts na veel zwarigheden, kruis en tegenspoeden. De Heere leidt Zijn heiligen wonderlijk, door de menigte van hun vijanden en door het vuur van vele verdrukkingen heen. Zien wij op de verdrukkingen van de vromen, dan zou Petrus zeggen dat de rechtvaardige nauwelijks voor de verdrukking wordt bewaard. Hij wordt er maar moeilijk uit gered, want de Heere beproeft de rechtvaardige. De Heere bezoekt hem elke morgenstond en beproeft hem elk ogenblik. God tuchtigt de rechtvaardigen wanneer zij zondigen en afdwalen, opdat zij beter op Zijn woord zouden letten en heiliger in Zijn wegen zouden wandelen.
Coenraad Mel, predikant te Hersfeld
(”De nauwelijks behouden rechtvaardigen”, 1745)