Kerk & religie

Oordeel

1 Petrus 4:18

Oordeel
14 January 2011 09:51Gewijzigd op 14 November 2020 13:16

„Indien de rechtvaardige nauwelijks zalig wordt, waar zal de goddeloze en zondaar verschijnen?” Mozes zegt: Delg mij nu uit Uw boek wat U geschreven hebt. Hij wilde liever met Paulus verbannen zijn, dan dat God het ganse volk zou uitdelgen. In dit boek des levens zijn de namen der goddelozen niet opgetekend. Die maken zich door hun boze werken rijp tot verdoemenis. God zal de werken van de mensen oordelen.

De Heere zal over al de boze gedachten, woorden en werken die de mensen gedacht, gesproken en bedreven hebben, oordelen. God zal alsdan de verborgen dingen van het hart openbaar maken. Ik zeg u –zegt Christus– dat van elk ijdel woord wat de mensen zullen gesproken hebben, zij rekenschap moeten afleggen. Al de boze werken en daden, het goede wat zij nagelaten hebben en het kwade wat zij bedreven hebben, zal God oordelen. En niet alleen zal God de boze werken oordelen, maar Hij zal ook de goede werken als vruchten van het geloof bij Zijn uitverkorenen prijzen. „Ik ben hongerig geweest, en gij hebt Mij te eten gegeven; Ik ben dorstig geweest, en gij hebt Mij te drinken gegeven…”

Het vonnis van de grote Rechter zal zijn dat de dood en de hel zullen geworpen worden in de poel des vuurs. Onder de dood wordt verstaan allen die geestelijk dood zijn in de zonden.

Coenraad Mel, predikant te Hersfeld

(”De nauwelijks behouden rechtvaardigen”, 1745)

Meer over
Meditatie

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer