„Preken over vrede drukken ze de kop in”
BOGOTA – Het aantal evangelicale christenen in Latijns-Amerika groeit al jaren spectaculair. Toch is dit maar één kant van het succesverhaal. Theologische diepgang en levensheiliging blijven vaak achter bij de groei in aantallen, invloed en financiële middelen.
In een eeuw tijd is Latijns-Amerika veranderd van een rooms-katholiek bolwerk in een min of meer evangelicaal continent. In 1900 waren er 700.000 evangelicale christenen, niet meer dan 1 procent van de bevolking; nu ligt dat aantal op 91 miljoen – 16,8 procent van alle Latijns-Amerikanen. Zo’n 35 procent van alle evangelicalen ter wereld woont in Latijns-Amerika.
Hoewel de Rooms-Katholieke Kerk de afgelopen decennia veel leden kwijtraakte aan evangelische en charismatische groepen, is haar invloed op de samenleving nog steeds groot. Ruim 77 procent van de bevolking noemt zich rooms-katholiek. De kerk doet de laatste jaren allerlei pogingen het rooms-katholicisme toegankelijker te maken, en dat lijkt vruchten af te werpen. Mensen worden gestimuleerd de Bijbel te lezen en de charismatische beweging krijgt meer ruimte.
Het grootste probleem van de kerk in Zuid-Amerika is echter het gebrek aan diepgang en geestelijke groei. Volgens het onlangs verschenen handboek ”Operation World”, dat trends in het wereldwijde christendom beschrijft, leggen veel charismatische groepen een grote ijver aan de dag om arme bevolkingsgroepen te benaderen, maar besteden zij onvoldoende aandacht aan discipelschap, theologische verdieping, de invloed van de Bijbel op het dagelijks leven en de relaties met andere kerken. Het welvaartsevangelie, dat persoonlijke voorspoed en succes belooft, oefent grote aantrekkingskracht uit op met name arme mensen.
Elk land in Latijns-Amerika kent zijn eigen zegeningen en problemen. In Colombia bijvoorbeeld noemt 94,4 procent van de 46,3 miljoen inwoners zich christen. Het aantal evangelicale (gereformeerde en evangelische) christenen –inmiddels 7,5 procent van de bevolking– groeit met 6 procent per jaar.
De RK-Kerk raakte met de nieuwe grondwet van 1991 haar bevoorrechte positie kwijt. Het betekende een einde aan jaren van vervolging en discriminatie van religieuze minderheden.
Toch zijn juist evangelicale christenen vaak het slachtoffer van guerrilla’s, drugskartels en paramilitaire groepen, die grote delen van het land in handen hebben. Zij verzetten zich vaak openlijk tegen drugshandel en corruptie. Sinds 2004 zijn in Colombia tientallen kerken gesloten door linkse rebellengroepen en rechtse paramilitairen.
Sommige voorgangers krijgen te maken met bedreigingen. Wilmer Ribon moest zijn huis ontvluchten omdat hij in de straten van Belen Rincon, een armoedige en criminele wijk in de stad Medellin, het Evangelie verkondigde. „Wetteloosheid heeft het land al jaren in haar greep. Guerrilla’s strijden met paramilitairen om de macht. Preken over vrede drukken ze daarom de kop in”, aldus een lokale christen.
De vrouw van Ribon ontving de eerste bedreiging via de telefoon. Een stem zei dat het niet uitmaakte wat Ribon binnen de kerkmuren deed, maar dat hij onmiddellijk moest stoppen met zijn werk op straat. Als hij dat niet zou doen, dan zou hij zijn leven niet zeker zijn. Ribon besloot voorlopig niet meer te evangeliseren.
Een paar dagen later werd Ribon bedreigd door twee gewapende mannen. Dit keer begonnen ze over zijn kinderen. Voor Ribon was de maat vol en hij besloot direct met zijn vrouw en kinderen te vluchten. Nu woont hij met zijn gezin in een vervallen pakhuis in de hoofdstad Bogota.
Dit is het vijfde deel in een elfdelige serie over christen-zijn wereldwijd. Aanleiding is de verschijning van het handboek “Operation World”, dat trends in het wereldwijde christendom beschrijft. Volgende week donderdag deel 6: Afrika onder de Sahara.