Kerk & religie

„Kerkinterieur mag niet verloren gaan”

AMSTERDAM – Erfgoedvereniging Heemschut maakt zich ernstig zorgen over de verkoop van kunstvoorwerpen uit monumentale interieurs van ondermeer kerkgebouwen, hofjes en regentenkamers.

Kerkredactie
4 January 2011 16:44Gewijzigd op 14 November 2020 13:08
De zeventiende-eeuwse kronen uit een kerk te Oost-Graftdijk zijn recent via veilinghuis Christie’s te Amsterdam verkocht. Erfgoedvereniging Heemschut luidt de noodklok over het monumentale interieurs die zo verloren gaan. Foto Heemschut/Christie’s
De zeventiende-eeuwse kronen uit een kerk te Oost-Graftdijk zijn recent via veilinghuis Christie’s te Amsterdam verkocht. Erfgoedvereniging Heemschut luidt de noodklok over het monumentale interieurs die zo verloren gaan. Foto Heemschut/Christie’s

De afgelopen jaren zijn steeds meer voorwerpen uit beschermde interieurs op de markt gebracht, meldde de verontruste vereniging dinsdag. Zo vallen waardevolle monumentale ensembles –kunstvoorwerpen die bij elkaar horen– uiteen, stelt Heemschut.

De organisatie noemt als voorbeeld de zeventiende-eeuwse kronen uit een kerk te Oost-Graftdijk die recent via veilinghuis Christie’s te Amsterdam zijn verkocht. Zo zijn ook stukken uit het Elisabethgasthuis te Haarlem in anderen handen gekomen. En in 2007 en 2008 hebben de regenten van het Heilig geesthofje te Leiden een deel van de „eigen geschiedenis verkocht.”

Heemschut is bezorgd. „Belangrijk erfgoed gaat zo verloren. Of het nu om gewin gaat of om het verwerven van gelden voor bijvoorbeeld een restauratie of het dekken van kosten, als tendens zijn deze ‘uitverkopen’ buitengewoon kwalijke ontwikkelingen. Een hofje of kerkgenootschap zou de plicht moeten voelen om de monumentale bezittingen en ensembles die door de voorgangers van de huidige bestuurders met liefde en zorg gekoesterd zijn, aan de volgende generaties door te geven.”

Met de verkoop gaat vaak een deel van de schoonheid en het karakter van een monumentaal interieur verloren, stelt Heemschut. „Deze objecten horen in hun monumentale behuizing te blijven en eerder gekoesterd dan uitverkocht te worden.”

Heemschut wil dat er een „mentaliteitsverandering” komt. „En dat inventarissen van kerken, regentenkamers, enz. niet meer lukraak verkocht worden. Beheerders van monumentale interieurs moeten zich dus meer bewust worden van de waarde van deze niet nagelvaste objecten in hun monumentale interieurs.”

Losse historische interieurs zijn niet beschermd onder de Monumentenwet van 1988, meldt Heemschut.

Museum Catharijneconvent in Utrecht en de Stichting Kerkelijk Kunstbezit in Nederland (SKKN) zijn overigens druk bezig met het project Roerend Religieus Erfgoed. Binnen het project wordt een waarderingskader voor bijvoorbeeld interieurstukken ontwikkeld. Om te kunnen beslissen welke objecten wel en niet voor Nederland bewaard moeten blijven, is het van belang een richtlijn te hebben waarmee de culturele waarde van een object kan worden vastgesteld. Daarnaast stelt de projectgroep de Leidraad Afstoting Religieuze Objecten (LARO) op. Daarin staat beschreven hoe een goede herbestemming kan worden gevonden.

Het project kwam eind 2010 van de grond toen het Museum Catharijneconvent en SKKN hetzelfde probleem constateerde als Heemschut nu doet.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer