Christen in Roemenië: Geen vervolging meer, wel achterstelling
BOEKAREST – Onder de communistische regimes in het voormalige Oostblok was christenvervolging aan de orde van de dag. Nu is er godsdienstvrijheid, hoewel veel religieuze minderheden in Oost-Europa hinder ondervinden van de Orthodoxe Kerk.
Toen dictator Nicolae Ceausescu en zijn vrouw Elena op eerste kerstdag 1989 werden geëxecuteerd, beloofde alles beter te worden in Roemenië. Toch lijkt het moreel vacuüm dat tijdens zijn regime ontstond vooral te worden gevuld door allerlei sociaal kwaad: misbruik, prostitutie, pornografie en mensenhandel. Het aantal abortussen ligt ongekend hoog. Tegenover elk kind dat wordt geboren, worden er drie of meer in de moederschoot gedood.
Ondertussen is Roemenië procentueel gezien een van de christelijkste landen ter wereld, zo blijkt uit het onlangs verschenen boek ”Operation World”, dat cijfers geeft over de positie van de kerk wereldwijd. Bijna 97 procent van de 21,2 miljoen inwoners geeft aan christen te zijn. De Roemeens-Orthodoxe Kerk is veruit de grootste denominatie, met meer dan 12.000 gemeenten en 18 miljoen aanhangers.
Roemenië staat in Europa op de vierde plaats wat betreft het aantal evangelicale christenen. En hun aantal groeit, ondanks de krimp van de bevolking. Het land telt inmiddels bijna 6000 evangelicale gemeenten, die vaak steun krijgen uit Nederland. Meer dan een half miljoen Roemenen behoren tot de Gereformeerde Kerk.
Ondanks het hoge percentage christenen blijf de uitwerking van het christelijk geloof in de samenleving vaak beperkt. Het is een probleem dat ook in veel andere Oost-Europese landen speelt. Het atheïstische communisme stempelt nog sterk de levensbeschouwing van veel christenen. Naamchristendom, wetticisme, hypocrisie, bijgeloof en kwaadsprekerij over christenen uit andere denominaties vormen een groot probleem voor de Roemeense Kerk. Over het algemeen wordt er weinig gedaan om de nood in de samenleving te lenigen. De kerk verwaarloost vele armen in Roemenië.
Sinds de val van het communisme in 1989 werd de kerk in Roemenië groter en volwassener, concludeert ”Operation World”. Maar er is nog een lange weg te gaan. Een belangrijk probleem bij denominaties en gemeenten is het gebrek aan eenheid. Kerken werken amper met elkaar samen en laten geen gemeenschappelijk getuigenis horen in de samenleving. Rassenscheiding vindt zelfs binnen de christelijke gemeente plaats. Maar weinig Hongaren of zigeuners schuiven ’s zondags in dezelfde kerkbank als een Roemeen.
Maar er speelt meer. In veel Oost-Europese landen, en ook in Roemenië, bestaat er een nauwe relatie tussen de overheid, de nationale identiteit en de Orthodoxe Kerk. Godsdienstige minderheidsgroepen krijgen regelmatig te maken met discriminatie en misleidende propaganda. Sommige orthodoxe priesters verzetten zich, soms met geweld, tegen protestantse kerken.
In Roemenië blijkt ook de godsdienstwet uit 2006 negatieve gevolgen te hebben voor kleine godsdienstige minderheden. Religieuze denominaties kunnen zich alleen registreren als de groep aanhangers bestaat uit 0,1 procent van de bevolking, ongeveer 20.000 mensen. Dat betekent dat kleine groepen zoals de Unie van Baptisten, die onder de 20.000 leden zit, niet geregistreerd kunnen worden. Verder moet een groep minimaal zes jaar bestaan en is er een hiërarchie aangebracht die de ene groep religieuzen meer beschermt dan de andere.
De vervolging is voorbij, maar de achterstelling bleef.
Dit is het derde deel in een elfdelige serie over christen-zijn wereldwijd. Aanleiding is de verschijning van het handboek ”Operation World”, dat trends in het wereldwijde christendom beschrijft. Volgende week donderdag deel 4: Noord-Amerika.