Commentaar: Kersttoespraak
Ook al bestaat de traditie al verschillende decennia, de gewoonte dat de koningin op eerste kerstdag een korte toespraak houdt, is bepaald nog niet sleets geworden. Integendeel, de korte overpeinzing lijkt eerder aan actualiteit en betekenis te winnen.
Net zoals drie jaar geleden sprak de vorstin ook deze keer haar zorgen uit over de politieke en maatschappelijke polarisatie. Ieder die maar terugdenkt aan de politieke ontwikkelingen in het achterliggende jaar, begrijpt waarom de koningin opriep tot harmonie, respect en „maatschappelijke verbondenheid.” Ze waarschuwde voor het gevaar verschillen uit te vergroten en „muren van tegenstellingen” op te trekken.
Daar denkt iemand als Geert Wilders wel anders over. Hij benadrukt juist de tegenstellingen tussen de verschillende groepen in de samenleving. Onmiskenbaar heeft hij daarbij punten waarover moet worden nagedacht. Zeker als het gaat om de islamisering. Maar de manier waarop hij dat doet, leidt zeker niet tot oplossing van de problemen.
Vrijwel direct na het uitspreken van de kerstrede bleek hoezeer de PVV-leider door de woorden van koningin Beatrix was geraakt. Vrijwel onmiddellijk verwees Wilders naar de arrestatie, diezelfde dag, van vermeende moslimterroristen. „Die zochten volgens mij in Nederland niet naar wat verbindt”, zo merkte de PVV-voorman vilein op.
Ongetwijfeld zal Wilders in deze rede aanleiding zien om zijn idee dat de koningin geen deel meer moet uitmaken van de regering, met nog meer verve te verdedigen. Drie jaar geleden ventileerde hij die gedachte ook al; eveneens omdat de vorstin in haar kersttoespraak hem impliciet had terechtgewezen.
Binnen ons constitutionele bestel zijn voor de leden van het Koninklijk Huis de marges heel smal om een persoonlijke mening te geven. Zo weet iedereen dat de jaarlijkse Troonrede tot de laatste komma wordt geredigeerd door de minister-president. De jaarlijkse kersttoespraak is feitelijk de enige gelegenheid waarbij de koningin nadrukkelijk een persoonlijk stempel kan zetten. Alleen al daarom heeft die toespraak waarde. Zo kan de burger enigszins weten wat het staatshoofd persoonlijk raakt en waarover het zorgen heeft.
Met de kersttoespraak heeft de vorstin ook gelegenheid accenten te zetten die in andere officiële toespraken niet zo naar voren komen. In dat verband mag ook genoemd worden hoe de koningin dit jaar expliciet verwees naar de boodschap van Kerst. Een miljoen Nederlanders hebben zaterdag uit haar mond gehoord dat Jezus Christus het Licht der wereld is. Bewust heeft ze ervoor gekozen voorafgaand aan de toespraak het lied ”Daar is uit ’s werelds duist’re wolken een Licht der lichten opgegaan” laten horen. Daar voegde ze aan toe: „Zijn komst op aarde en de weg die Hij is gegaan, richten het oog op wat het leven inhoud en waarde geeft.”
Natuurlijk kan men zeggen dat er meer te zeggen valt over de inhoud van het kerstevangelie. Maar de naam van het Kind van Bethlehem is duidelijk genoemd in een samenleving die steeds minder van Hem wil weten. Dat is iets waarvoor we dankbaar mogen zijn.