In dertig gevallen werd het werk tijdens de inspectie stilgelegd, omdat de situatie te gevaarlijk was. Zo constateerden inspecteurs zeven keer dat er geen bandenkooi was voor het oppompen van vrachtwagenbanden. Deze kooi moet werknemers beschermen tegen rondvliegende onderdelen als een band ontploft. Ook was er volgens de Arbeidsinspectie acuut gevaar bij een aantal bedrijven waar werknemers van hoge plekken konden vallen.

„Het echte zorgenkind” is volgens de inspectiedienst de hefbrug, die vaak niet tijdig gekeurd bleek of verkeerd werd gebruikt. Een slecht onderhouden hefbrug kan instorten met alle gevaren van dien voor het personeel. Verder vormen machines die kunnen omvallen, een risico voor garagemedewerkers. Een verbetering ten opzichte van eerdere controles was wel dat monteurs minder zwaar hoeven te tillen.

De Arbeidsinspectie had alle bezochte werkgevers laten weten dat ze gecontroleerd konden worden. Ook hadden ze een folder gekregen over de risico’s in garages. Eerder bezochte bedrijven scoorden nu „beduidend beter” op de onderwerpen waarop destijds vooral werd gelet. Maar in vergelijking met eerdere controles werden wel meer overtredingen geconstateerd.

Brancheorganisatie Bovag erkent in een reactie dat er op het gebied van machineveiligheid nog „wel een slag is te maken”, maar wil de conclusies verder nuanceren. Zo hebben de garages een behoorlijke vooruitgang gemaakt op het gebied van lichamelijke belasting, hetgeen ook blijkt uit de lage ziektecijfers, zei een woordvoerder.

De branche is druk bezig met het toepassen van de arbo-wet, maar „moet even de tijd hebben om aan nieuwe regels te wennen”. Bovendien is er vooral wat hefbrugkeuringen betreft onduidelijkheid over wie keurt en hoe vaak dat moet gebeuren. De Bovag geeft workshops, verduidelijkt regels en maakt nieuwe afspraken, bijvoorbeeld over keuringen.