De archeologen deden hun vondsten bij boringen op elf verschillende plaatsen. Die werden uitgevoerd ter voorbereiding van de bouw van de wijk Europakwartier in het nieuwe stadsdeel Almere-Poort. Deze bouwlocatie moet het vierde stadsdeel worden van de snelst groeiende stad van Nederland.

„We hebben geen voorwerpen gevonden, maar archeologen konden aan de kleur van de zanddeeltjes zien dat er leven is geweest in die tijd. Om echt te weten wat er ligt, moet je gaan graven”, legt de zegsvrouw uit. Na 3000 voor Christus begon de waterspiegel te stijgen en ontstond de voormalige Zuiderzee. De bewoners verdwenen naar droge gebieden.

De recente archeologische vondsten zijn geen aanleiding om de bouw van het stadsdeel stil te leggen. Voor een echte opgraving ontbreekt geld en tijd. De vindplaatsen blijven wel onbebouwd. Er worden speelveldjes van gemaakt zodat er later eventueel nog gegraven kan worden.

Enkele jaren eerder werden al twee scheepswrakken gevonden in het Europakwartier. Deze stammen uit de zestiende en de zeventiende eeuw. De wrakken zijn ingepakt in plastic en weer bedekt met grond. Daardoor blijven ze goed geconserveerd voor een eventuele toekomstige opgraving door het Nederlands Instituut voor Scheeps- en onderwaterArcheologie (NISA) in Lelystad. De Flevopolder is een rijke vindplaats van scheepswrakken.