Niet strafbaar
Hoe diep kunnen het publieke debat en de publieke moraal wegzinken? Die vraag houdt mij de laatste tijd bezig. Een poosje terug werd er in de Tweede Kamer gestemd over een motie om christenvluchtelingen uit Irak terug te sturen naar hun land. Toen de motie werd aangenomen roffelden Kamerleden van de PVV hoorbaar op de bankjes.
Prof. C. G. den Hertog sprak in het Nederlands Dagblad hierover volstrekt terecht zijn diepe treurnis uit. Er is in ons land en in het regeerbeleid kennelijk iets aan het veranderen als het gaat om mensen die maar moeten zien hoe ze het vege lijf moeten redden. Erg bewogen is het allemaal niet. Christelijke barmhartigheid is blijkbaar aan rechtse mensen niet besteed. Een indringende signalering die te denken geeft.
Soep geven
Door dit soort gebeurtenissen ga je nog wat beter de kranten lezen en om je heen kijken. Zo stond onlangs in de krant dat het niet strafbaar is om arme mensen die hier in Nederland verblijven en met bedelen aan de kost moeten komen een kom soep te geven. De minister voor Immigratie en Asiel vertelde in de Tweede Kamer tenmiste dat „mensen in de winter een kop soep geven” niet strafbaar is. Helpen is niet strafbaar. Over een dergelijk onthutsend zinnetje kun je lang en diep nadenken. Arme mensen helpen is (nog) niet strafbaar. Waar hebben we het eigenlijk over?
Eerste levensbehoeften
Bij de supermarkten staan tegenwoordig soms mensen een straatkrant te verkopen. Zo ook in Amersfoort. Bij de Albert Heijn hier in de buurt stond een jong meisje. Het kind, een jaar of 16, stond te rillen van de koorts en ellende, maar waarschijnlijk komende uit Roemenië is dit ongeveer het enige middel waardoor er nog iets te verdienen valt. Een mens moet tenslotte wel eten om in leven te blijven. Uit Den Haag komt dan het nieuws dat het geven van wat soep, een brood, een pak melk of iets dergelijks niet strafbaar is. Huh? Niet strafbaar. Ja, inderdaad niet strafbaar.
Een volgend voorval doet zich voor bij een andere supermarkt. Ook weer iemand uit Roemenië. Een moeder die reeds een kindje verloren heeft en met de moed der wanhoop tracht wat euro’s te verdienen voor haar kinderen, die verblijven in het land van herkomst. Het verhaal, dat al eens eerder in deze krant heeft gestaan, is te triest voor woorden. Elk normaal mens zou spontaan in huilen uitbarsten bij het horen van zo veel ellende en leed voor mensen die om de hoek van onze woningen staan te bedelen om een enkele gunst.
In Den Haag wordt ons verteld dat het geven van wat eerste levensbehoeften niet strafbaar is. Meer is natuurlijk wel een probleem, want dan praten we over overnachten –dat mag niet– en huisvesting – daarvoor gelden regels. Nee, een beetje eerste levensbehoeften dat mag, maar voor de rest: regels zijn regels. Misschien veroordelen we in dit land nog wel eens iemand tot de gevangenis omdat hij hulpbehoevende mensen heeft geholpen. In een normloze seculiere wereld is tenslotte alles mogelijk. Je zou het toch eens in je hoofd kunnen halen dergelijke arme mensen een plekje in je schuur te geven. Dan is Leiden in last.
Inhalig
De ellende van illegale bedelaars komt allemaal nog schrijnender naar voren tegen de achtergrond van al die mensen die in de supermarkt hun inkopen doen. Karretjes vol met chips, bier, koek en limonade worden door honderden mensen naar buiten gereden zonder dat iemand een krimp geeft voor de armen in de poort. De eet- en dranklust moet natuurlijk worden verzadigd. En anderen, zeker vreemden, moeten maar zien hoe ze rondkomen.
Het geven van soep is niet strafbaar, maar liever doen we eigenlijk niets. Dat is ongeveer de boodschap die velen vandaag de dag willen afgeven. Het is niet voor niets dat politieke partijen met weinig oog voor de naaste de wind aardig in de zeilen hebben. Het maatschappelijk ethos is kennelijk tamelijk inhalig en daar passen arme en behoeftige mensen maar moeilijk in.
Gods beeld
Niettemin blijft het christenplicht om elke mens te zien als je naaste. Waarom hebben mensen hulp nodig? Omdat zij door God geschapen mensen zijn en samen met ons op weg zijn naar de rechterstoel van Christus! In elk medemens, ongeboren of geboren, allochtoon of autochtoon, man of vrouw, oud of jong ontmoeten we iets van Gods beeld. God schiep de mens naar Zijn beeld en samen met alle andere mensen staan we straks voor de rechterstoel van Christus. En wat hebben wij dan concreet gedaan voor onze naaste in nood?
Uiteraard, niet alle problemen zijn door ons op te lossen. Ongetwijfeld zal er door sommigen misbruik worden gemaakt van hulpbetoon en geefgedrag. Dat neemt echter niet weg dat het zaliger is te geven dan te ontvangen. Niet strafbaar, het is eigenlijk te gek voor woorden. Mensen helpen is dure plicht voor elk (kerk)mens.
Kijkt u daarom goed om u heen als u morgen naar de supermarkt gaat. Een pak melk of een broodje mag u best weggeven. En een straatkrant kopen is ook niet verboden. Maar laten we in ieder geval oog hebben voor onze naaste in nood. In de gelijkenis van de barmhartige Samaritaan (Luk. 10:25-37) kunnen we lezen wie onze naaste is. En om een andere gelijkenis te citeren: „een zeker bedelaar met name Lazarus” (Luk. 16:10) staat tegenwoordig bij de supermarkt. Wellicht is het u al opgevallen!
De auteur is predikant van de gereformeerde gemeente in Amersfoort. Reageren aan scribent? goedbekeken@refdag.nl