Binnenland

Meldcode moet nieuw misbruik voorkomen

AMSTERDAM – De controle van mensen die met kinderen werken, is niet waterdicht. Nog altijd is het niet in alle sectoren die met kinderen werken, verplicht om een ”verklaring omtrent het gedrag” te eisen. Wel moet door de invoering van een meldcode misbruik in een eerder stadium aan het licht komen.

Binnenlandredactie
14 December 2010 11:27Gewijzigd op 14 November 2020 12:54
PvdA-Kamerlid Arib. Foto ANP
PvdA-Kamerlid Arib. Foto ANP

De hoofdverdachte in de omvangrijke Amsterdamse misbruikzaak bezat een verklaring omtrent het gedrag. Die verklaring is in Nederland verplicht voor medewerkers in onder meer het onderwijs, de kinderopvang en de buitenschoolse opvang.

Bij andere instellingen, zoals scouting, speeltuinen en sportclubs, is het overleggen van de verklaring echter vrijwillig. In de Tweede Kamer zijn regelmatig pleidooien te horen om ook in deze sectoren de verklaring verplicht te maken. Met name de PvdA is daar warm voorstander van.

Toch heeft de verklaring maar beperkte waarde, omdat iedereen die niet eerder over de schreef is gegaan, er één krijgt. „Ik heb ook nooit gezegd dat zo’n papiertje alles kan voorkomen”, zegt PvdA-Tweede Kamerlid Arib. „Maar het kan wel iets schelen, omdat mensen er alerter op zijn. Pedoseksuelen volgen vaak een patroon en zoeken activiteiten met kinderen op.”

Het vorige kabinet zag niets in zo’n bredere verplichting. Om misbruik eerder aan het licht te brengen, heeft het vorige kabinet wel een meldcode in het leven geroepen. Die geeft aan hoe hulpverleners vermoedens van seksueel misbruik kunnen melden. Lastig punt daarbij is dat medici hun beroepsgeheim niet mogen schenden.

De code functioneert nog niet: hij is in de maak en zal in 2011 klaar zijn, aldus een woordvoerder van het ministerie van Volksgezondheid.

Voor de PvdA gaat deze meldcode niet ver genoeg; Kamerlid Arib ziet liever een meldplicht. Daardoor moeten mogelijke misstanden officieel onderzocht worden, wat nu niet het geval is. Voor de meldplicht was niet genoeg politieke steun, zegt ze desgevraagd. „In andere landen is dit de gewoonste zaak van de wereld. Wij zijn er jaren over aan het discussiëren en dan is hij er nog niet”, aldus Arib.

Niet alleen de branche heeft een eigen verantwoordelijkheid om actief te reageren op verdenkingen van kindermisbruik, ook de Inspectie Kinderopvang van de GGD is alert op misstanden. De inspectie doet alle controles in de Nederlandse kinderopvang en kijkt standaard naar drie zaken met betrekking tot mogelijk misbruik.

Het eerste punt is of de medewerkers over een verklaring omtrent het gedrag beschikken. Daarnaast onderzoekt de inspectie of de kinderopvang een protocol omtrent kindermishandeling heeft. Dat is verplicht en moet aan strikte eisen voldoen. Bovendien mag het protocol niet slechts in een la liggen, maar moeten beroepskrachten de inhoud kennen.

Ten slotte onderzoekt de inspectie of de klachtenafhandeling klopt. Er moet een overzicht van de klachten zijn en die moeten volgens de regels afgehandeld zijn.

Is de boel niet op orde, dan komt dat in het inspectierapport, zegt GGD-woordvoerder Sonja Kloppenburg. „Maar dat gaat dan om iets kleins wat ontbreekt. Als er een vermoeden is van misbruik, kunnen wij ook zelf naar het Advies- en Meldpunt Kindermishandeling stappen.”

Volgens Kloppenburg kiezen vrijwel alle inspecteurs voor vervolgstappen „als er maar een klein vermoeden is” van misbruik. Ze kan niet zeggen hoe vaak dat voorkomt.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer