NIOD fuseert met centrum voor Holocaust
AMSTERDAM – Het Nederlands Instituut voor Oorlogsdocumentatie (NIOD) is sinds donderdag gefuseerd met het Centrum voor Holocaust- en Genocidestudies. Dat betekent een bredere focus voor de nieuwe organisatie. Actuele kwesties worden nóg meer voorwerp van onderzoek. Maar wie denkt dat het nieuwe NIOD allerlei parallellen gaat trekken tussen de NSB en de PVV, komt bedrogen uit.
NIOD Instituut voor Oorlogs-, Holocaust- en Genocidestudies. Dat is de nieuwe naam waarmee de onderzoeksorganisatie zich sinds donderdag tooit. In Amsterdam presenteerde het NIOD nieuwe stijl zich aan het publiek.
De grootste verandering is dat nu ook de genocidestudies onderdeel worden van het NIOD, denkt directeur prof. dr. Marjan Schwegman, die ook al het oude NIOD leidde. „Holocauststudies deden we al min of meer, omdat die op het terrein van de Tweede Wereldoorlog liggen. Maar met het thema genocide komen we nu ook terecht op het bredere terrein van de mensenrechten.”
Joegoslaviëtribunaal
Dus krijgt bijvoorbeeld de massamoord op duizenden moslimmannen in Srebrenica in juli 1995, waar het NIOD eerder al onderzoek naar verrichtte, een nog bredere plaats in het onderzoek. Het NIOD is „zeer geïnteresseerd” in de duizenden documenten van het Joegoslaviëtribunaal, zegt Schwegman. Graag zou ze helpen in de ontsluiting daarvan, zodat de onderzoeksresultaten die er al zijn over de Holocaust, gekoppeld kunnen worden aan onderzoek naar nieuwere vormen van genocide. „Hopelijk kunnen we dan meer zeggen over hoe genocide ontstaat; hoe groepen mensen tot zondebokken worden gemaakt.”
En de Tweede Wereldoorlog dan, die in de jaren van de wederopbouw de reden van oprichting van het NIOD vormde? Die blijft gewoon in het centrum van de belangstelling van het NIOD, stelt Schwegman gerust. „Zeker over Nederlands-Indië zijn studies in de maak. Het thema blijft heel nadrukkelijk aanwezig.”
Wel is de focus wat veranderd, merkt ze. „Wat nu steeds meer aandacht krijgt, is de overgangsperiode. Steeds meer beseffen we dat het niet klaar was in 1945. Nederlands-Indië laat dat zien. Maar ook in Nederland was de oorlog niet afgelopen met de bevrijding. Uit onze toenemende kennis hierover zullen nog de nodige nieuwe studies volgen.”
Gezag
Het NIOD is in de loop der jaren een instituut met gezag geworden, merkt Schwegman. „Als je als NIOD-directeur een uitspraak doet, voel je het gewicht daarvan veel meer dan wanneer je die uitspraak doet als historicus aan een universiteit.” Die status vindt Schwegman mooi, maar er zit ook een gevaar aan: dat de organisatie –zeker door journalisten– als een soort orakel wordt gezien.
In een debat over het maatschappelijk belang van het NIOD gingen diverse sprekers daar donderdag op in. Dr. Wichert ten Have, tot donderdag directeur van het nu gefuseerde Centrum voor Holocaust- en Genocidestudies, merkt dat het publiek graag eenduidigheid wil. „Dan krijgen we de vraag: Wilt u deze of die geweldsuitbarsting nu eindelijk eens als genocide typeren? Of: Kan het NIOD geen uitspraak doen dat de PVV overeenkomsten vertoont met de NSB?”
Van dat soort uitspraken wil directeur Schwegman echter verre blijven. „We willen bewust geen orakel meer zijn. Dat kan ook niet. Er werken nu veel meer onderzoekers dan bijvoorbeeld in de begintijd van directeur Lou de Jong. Er zijn nu wel acht mensen die zich bezighouden met de geschiedenis van de NSB. Die discussiëren onderling enórm, en dat is een goede zaak. Niet alles ligt even zwart-wit.”