Binnenland

„KNMG buigt voor initiatiefgroep Uit Vrije Wil”

APELDOORN – Definitief is het concepteuthanasiestandpunt dat artsenorganisatie KNMG donderdag presenteerde nog niet. Maar als de leden er volgende week mee instemmen, gaat er opnieuw een wissel om.

10 December 2010 11:27Gewijzigd op 14 November 2020 12:51
Foto ANP
Foto ANP

Euthanasie kan alleen als er sprake is van uitzichtloos, ondraaglijk lijden waaraan een medisch geclassificeerde ziekte ten grondslag ligt, oordeelde de Hoge Raad in 2002 in het Brongersma-arrest.

Een inmiddels verouderd uitgangspunt, zegt de KNMG. Een combinatie van medische en niet-medische problemen „die elk op zich niet levensbedreigend of fataal zijn” volstaat. Opgeteld kunnen deze immers leiden tot uitzichtloosheid en ondraaglijk lijden, zoals de wet vereist.

Is die maatstaf nieuw? Helemaal niet, vindt de KNMG. De organisatie verwijst naar de Memorie van Antwoord waarin minister Korthals in 2002 de bedoeling van de euthanasiewet verduidelijkte. De bewindsman lichtte toe dat aan het lijden een medische dimensie moest zitten, die „wellicht” als ziekte kan worden aangemerkt.

Verder somt de KNMG vier oordelen van de toetsingscommissies op uit 2002, 2008 en 2009. Deze zouden tonen dat het nieuwe, door de KNMG voorgestelde criterium al in de praktijk wordt toegepast. Een van die oordelen, uit 2009, gaat over euthanasie bij een man in de leef tijdscategorie van 80-90 jaar. Hij was blind en hardhorend en leed aan ernstige rugklachten. „Patiënt leed onder het feit dat hij tot niets meer in staat was als gevolg van zijn slechte gezichtsvermogen en noodgedwongen de hele dag in zijn stoel zat, wachtend op niets.”

De arts handelde zorgvuldig, oordeelde de commissie: hij concludeerde net als de consulent tijdens de ”second opinion” terecht dat de bejaarde man uitzichtloos en ondraaglijk leed. Deze en soortgelijke casussen laten zien dat dergelijke artsen dus binnen de kaders van de euthanasiewet blijven, redeneert de KNMG. Bijkomende factor is dat het openbaar ministerie afziet van vervolging als de toetsingscommissies oordelen dat een arts zorgvuldig handelde.

„De KNMG hoeft op weinig maatschappelijk en politiek verzet te rekenen als de leden de organisatie volgende week steunen”, zegt woordvoerder P. Lieverse van de christelijke artsenorganisatie CMF-Nederland. Toch hoopt hij dat de KNMG de koers zal bijstellen. „Er dreigt zo wel geruisloos een wissel om te gaan. Het mag dan zo zijn dat de commissies zulke meldingen kennelijk al een poos afdoen als zorgvuldig, een politiek en maatschappelijk debat of de wetgever dit heeft beoogd is nog nooit gevoerd. Ik ben er sterk voor dat de KNMG daarop wacht.”

Ook directeur R. Seldenrijk van de Nederlandse Patiënten Vereniging heeft bezwaar tegen het nieuwe criterium van „een conditie die als ziekte of combinatie van ziekte en klachten kan worden aangemerkt” van de KNMG. „Hoe groot moet het aandeel medische klachten volgens de KNMG nog zijn?”

Het eerste van de vier oordelen van de toetsingscommissies waarnaar de KNMG verwijst uit 2002 gaat over een bejaarde man die was getroffen door een beroerte, kampte met ernstige aandoeningen, zoals vaatlijden, herseninfarcten, uitdroging en een ontregelde diabetes en die een levensverwachting had van een week. Seldenrijk: „Deze casus bewijst natuurlijk niet dat de toetsingscommissies het criterium waar de KNMG nu mee komt al in 2002 toepasten. Ik zie hier geen vage optelsom van medische en niet-medische klachten. Los van wat ik er moreel van vind, oordeelt de commissie hier op grond van de oorspronkelijke criteria uit de euthanasiewet gewoon terecht dat de arts mocht overgaan tot euthanasie.”

Bij de drie resterende oordelen, zeker bij de twee uit 2009, concludeert de toetsingscommissie dat er terecht euthanasie was uitgevoerd omdat er sprake was van een optelsom van ouderdomskwalen. Seldenrijk: „Dit nieuwe toetsingscriterium is dus sinds 2008 drie keer toegepast, maar zeker niet vanaf 2002. De KNMG kan vervolgens wel zeggen: De toetsingscommissies doen het, dus het mag, maar klopt die redenering? In mijn ogen zaten de commissies er in deze casussen drie keer lelijk naast. Deze zaken hadden naar justitie moeten gaan.

Ik ben het met Lieverse eens dat een criterium dat recent drie keer stilzwijgend is toegepast niet geruisloos de norm mag worden. Als de KNMG bij dit standpunt blijft, capituleert ze voor het zelfbeschikkingsrecht en buigt ze voor de initiatiefgroep Uit Vrije Wil. Artsen krijgen zo een maatstaf aangereikt om bij de categorie allerzwakste patiënten nog gemakkelijker tot euthanasie te besluiten. De KNMG moet artsen er juist toe aansporen om nog creatiever te zoeken waar hun lijden vandaan komt en hoe het kan worden verzacht.”

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer