Zelfkenniseconomie nodig om nieuwe crisis te voorkomen
In ons denken en handelen moeten we betrokken zijn op de ander. Zo kan een nieuwe economische crisis voorkomen worden, schrijft prof. dr. Eelke de Jong.
De afgelopen jaren hebben we de diepste economische crisis na die van de jaren dertig van de vorige eeuw meegemaakt. Het lijkt erop dat het ergste voorbij is. China groeit alweer zo snel dat men bang is voor inflatie en daarom de reserve-eisen van de banken heeft verhoogd. In Europa groeit een land als Duitsland meer dan velen hadden verwacht. Voor Nederland geldt dat er weer enige groei is en dat de werkloosheid veel minder is gestegen dan was verwacht. Ze daalt zelfs alweer. Problemen blijven er wel rond de financierbaarheid van overheidsschulden, zoals die van Griekenland, Ierland, Portugal, en Spanje.
Hoewel er dus problemen blijven en er sommige (zoals die van de staatsschulden) bij zijn gekomen, is het zo langzamerhand tijd om na te gaan hoe dit allemaal heeft kunnen gebeuren. Belangrijker, wellicht, hoe we een dergelijke crisis in de toekomst kunnen voorkomen. Zijn er verantwoordelijken aan te wijzen? Of zit de mens zo in elkaar dat hij ermee moet leren leven dat er zo nu en dan een crisis nodig is om ontspoord gedrag te corrigeren?
Deze vragen stonden vorige week centraal op het symposium van het Thijmgenootschap in Utrecht. Als we nagaan wie een rol heeft gespeeld bij het ontstaan van deze crisis, dan zijn die van hoog tot laag aan te wijzen: regeringen, toezichthouders, bankiers en consumenten. Allen hebben een tijdlang geprofiteerd van de omstandigheden, al had men kunnen weten dat het niet altijd goed kon gaan. Sommigen realiseerden zich dat wel, maar dachten dat het wel mee zou vallen.
Waarom doet men, doen we dat dan? Hiervoor zijn verschillende redenen. Uit onderzoek blijkt dat we ”rampbijziend” zijn. Dit betekent dat we direct na een ramp veel rekening houden met de kans dat zoiets weer kan gebeuren. Vlak na een ongeluk met een veerboot dalen de boekingen voor veerdiensten. Na verloop van tijd ebt het besef dat er een ongeval kan plaatsvinden met veerboot weg en doen we alsof er nooit zoiets kan gebeuren. Dit verklaart waarom mensen hypotheken nemen terwijl de huizenprijzen de laatste jaren alleen maar stijgen, zonder blijkbaar te beseffen dat daardoor de kans op een daling is toegenomen.
Daar komt nog bij dat we onze capaciteiten overschatten. Op zich is dat goed voor ons ego en hebben we het nodig om het leven aan te kunnen. Mensen die hun capaciteiten niet overschatten, zijn duidelijk vaker depressief. Maar het leidt er ook toe dat we te risicovol beleggen. Bovendien hebben we van nature de neiging om uit alle informatie die op ons afkomt, alleen te selecteren wat onze keuzes bevestigt. Daardoor zijn we minder alert op waarschuwingen en waarderen we die ook minder. Ten slotte is de mens een sociaal wezen. We willen graag iets beter zijn dan de ander of in ieder geval niet voor een loser gehouden worden. Deze processen spelen bij consumenten, bankiers, toezichthouders en politici.
De vraag is dan: als we allemaal zo in elkaar zitten dat we vaak niet een bewuste vrije afweging van kosten en baten in het heden en de toekomst kunnen maken, kan er dan wel sprake zijn van ethische normen? Jawel, is de conclusie van het symposium. Het begint met zelfreflectie. Voor de consument geldt dan dat hij zich moet afvragen: Waarom wil ik dit? Wat voor risico loop ik? Wat zijn mogelijke gevolgen voor anderen?
Voor toezichthouders en politici geldt het rekening houden met de ander in het bijzonder. Tijdens het symposium bleek dat er op verschillende momenten door politici en toezichthouders niet geluisterd is naar adviezen omdat het advies een maatschappelijke groep niet uitkwam of omdat men de kans dat het zich voor zou doen als heel laag beschouwde. Juist in de politiek geldt helaas dat er eerst een ramp moet plaatsvinden voordat men in actie komt. Vooral politici moeten daarom nagaan of ze zich inzetten voor de media of voor het algemeen belang.
Kortom, zoals bestuursvoorzitter Wim van den Donk kernachtig samenvatte: we hebben geen kenniseconomie nodig maar een zelfkenniseconomie. Ik voeg eraan toe: waarin we in ons handelen rekening houden met de ander. Een uitgangspunt dat naadloos aansluit bij verschillende stromingen in de christelijk sociale leer en bij het kernbegrip van de grondlegger van de economische wetenschap, Adam Smith, namelijk ”mutual sympathy”. In ons handelen en denken moet een betrokkenheid op de ander doorklinken.
De auteur is hoogleraar internationale economie aan de Radboud Universiteit Nijmegen en vicevoorzitter van het Thijmgenootschap.