Met laarzen aan de natuur in
Hele groepen verstedelijkte jongeren groeien op zonder echt in de natuur te komen. Wat betekent dat voor de toekomst?
Met veel geweld wordt er getrokken aan jonge elzen, berken, populieren en wilgen. Alles wat groter is dan gras en wortel heeft geschoten, moet eraan geloven. De mouwen van ongeveer 85 jongeren zijn opgestroopt om de klus te klaren.
Op de tiende natuurwerkdag, die onlangs werd gehouden, wordt hard gewerkt. Rondom de werkschuur van Staatsbosbeheer in Rohel (Achtkarspelen) is, hoe gek het ook klinkt, de natuurlijke begroeiing de belangrijkste vijand van het landschap.
Het karakteristieke open landschap en de petgaten groeien ieder jaar weer helemaal vol met kleine boompjes. Zou de mens niet ingrijpen, dan stond de buurtschap in korte tijd in een dicht en donker woud. Ooit was het gebied, de Houtwiel, deel van de hoogvenen die het noorden van de provincie bedekten. Ongeveer 500 jaar geleden werd begonnen met het winnen van turf, waardoor er een nieuw landschap ontstond.
Dit nieuwe landschap is rijk aan bijzondere planten- en diersoorten en vooral de rietmoerassen en blauwgraslanden overheersen. In het 220 hectare grote natuurgebied is veel water, en dat maakt het extra aantrekkelijk voor recreanten.
„De kinderen doen hier heel belangrijk werk”, zegt Pytsje Bokma, junior boswachter bij Staatsbosbeheer. Ze snoeien en zagen de bomen weg waardoor de poelen, plassen, petgaten en legakkers behouden blijven.
Toch is het werk dat ze doen „bijzaak” van deze natuurwerkdag, zegt Bokma. „Wij vinden het vooral belangrijk dat dit gebeurt omdat kinderen op deze manier de natuur kunnen beleven. Wat is er nu mooier dan met de laarzen aan naar buiten gaan?”
Jongeren komen steeds minder vaak in de natuur. Vrijwel ieder jaar worden er onderzoeken gepresenteerd waarin staat dat jongeren door verstedelijking en de invloed van televisie, internet en games nauwelijks nog zijn geïnteresseerd in de hen omringende natuur.
Tien jaar geleden bedacht Landschapsbeheer Nederland dat het tij gekeerd moest worden. Jongeren moeten enthousiast gemaakt worden voor plantjes en diertjes. Overal worden sindsdien in november natuurwerkdagen gehouden. „Landschapsbeheer heeft de natuurwerkdag opgezet en Staatsbosbeheer, It Fryske Gea en Natuurmonumenten participeren erin. In de hele provincie worden nu vergelijkbare natuurwerkdagen gehouden”, zegt Bokma.
Juist nu het Rijk steeds minder waarde hecht aan natuur en natuurontwikkeling, ligt er een taak bij natuurorganisaties om een volgende generatie (bestuurders) warm te laten lopen voor het achterland. Het is goed dat de jongeren een dagje letterlijk met de voeten in de klei staan, vindt Bokma. Al is het alleen maar om te ervaren dat het slim is om dan laarzen te dragen. Ze wijst naar een groepje dat minder goed voorbereid is. „Dat worden natte voeten. Dat is niet erg hoor, dat hoort ook bij de natuurbeleving.”