„Burger betaalt te veel voor afvalverwerking”
AMSTERDAM (ANP) – Gemeenten die hun afvalverwerking opnieuw hebben aanbesteed, hebben 16 tot 60 procent op de kosten bespaard.
Deze kosten maken een belangrijk deel uit van de totale afvalkosten voor burgers. De besparingen zijn echter niet of nauwelijks teruggegeven aan de burger, hoewel de gemeentewet dit wel voorschrijft. Dat blijkt uit een maandag gepubliceerd onderzoek van Roland Berger Strategy Consultants naar aanleiding van afspraken van gemeenten om de afvalstoffenheffing inzichtelijk te maken.
Uit het onderzoek komt ook naar voren dat gemeenten creatieve manieren vinden om de besparingen niet aan de burger terug te hoeven geven. Zo voeren gemeenten nieuwe posten op zoals het inzetten van extra personeel voor het zwerfvuil, een project schonere stad en het terugbetalen van een lening voor een parkeerfonds.
Van de verwachte besparingen geeft alleen Den Haag circa 60 procent terug aan de burger. Bij andere gemeenten wordt niets teruggegeven en steden als Utrecht, waar de kostenbesparing voor de gemeente 60 procent bedraagt, laten de tarieven voor de eindgebruiker zelfs stijgen.„Het wordt tijd dat de rijksoverheid hier maatregelen tegen neemt en zorgt dat eindgebruikers niet meer gebruikt worden om de financiële gaten van de gemeenten op te vullen,” aldus Jochem Moerkerken van Roland Berger.
De gemeente Utrecht liet weten dat inwoners niks hebben teruggekregen, hoewel de gemeente 50 procent heeft bespaard op afvalverbranding: in plaats van 10 miljoen betaalt Utrecht nu 5 miljoen euro per jaar. Een woordvoerder benadrukt dat dat maar een klein deel is van de 31 miljoen die naar afvalverwerking gaat. „De afvalstoffenheffing was eerst niet kostendekkend. De gemeente moest altijd bijbetalen uit algemene middelen, nu is die heffing wel kostendekkend.” De heffing is niet omlaag gegaan, maar gelijk gebleven. De burger is daar niet de dupe geworden, vindt de gemeente. „Ons principe is: een heffing moet kostendekkend zijn, maar we hoeven er niets aan te verdienen.”
De Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG) kon maandagochtend nog niet reageren.