Groen & duurzaamheid

„De beste grond verkwanseld”

De grote schuur achter zijn huis is de laatste die de Rijksdienst voor de IJsselmeerpolders in 1996 overdroeg. Boer Gert-Jan van Dongen koestert de grond die eromheen ligt. „Het is zulke mooie grond. Onbegrijpelijk dat zoiets wordt opgeofferd aan een onrealistisch plan.”

Bas van Dijk
19 November 2010 20:41Gewijzigd op 14 November 2020 12:35
Foto bureau Stern
Foto bureau Stern

In 1996 begon Van Dongen aan de Gruttoweg in Zuidelijk Flevoland zijn boerenbedrijf. De schuur en het erf kocht hij van de staat, de 55 hectare landbouwgrond heeft hij in pacht. Van Dongen verbouwt er aardappelen, suikerbieten, zaaiuien, wintertarwe, conservenerwten en vezelvlas. „Dit is de beste grond die er is. Met een hoge opbrengst en heel goed waterdoorlatend.” Als het elders veel regent, blijft het water staan, gaan de gewassen rotten en wordt het land onbewerkbaar. Hier is dat niet gauw het geval.

Op die hoogwaardige grond wil de provincie Flevoland natuurgebied Oostvaarderswold realiseren. Een robuuste verbinding in de Ecologische Hoofdstructuur (EHS) die de Oostvaardersplassen en het Horsterwold aan elkaar koppelt. Edelherten, konikpaarden en heckrunderen kunnen zo hun areaal vergroten en naar het zuidoosten van Flevoland trekken. Volgens idealisten zullen ze daarvandaan zelfs de Randmeren overzwemmen naar de Veluwe.

Met het aantreden van het nieuwe kabinet-Rutte staat echter het hele plan Oostvaarderswold op losse schroeven. Staatssecretaris Bleker kondigde aan geen financiële steun meer te verlenen voor de verwerving en ontwikkeling van nieuwe EHS gebieden. Voor Van Dongen –wiens grond voor een groot deel binnen het plan valt– een lichtpunt na jaren onzekerheid en vechten tegen wat hij ziet als „de groene leugen.” „Maar we zijn er nog niet. Als de provincie zelf het geld bij elkaar sprokkelt, gaat Oostvaarderswold alsnog door.”

Van Dongen is zichtbaar bewogen als hij spreekt over de laatste polderwerkers die in 1996, na jaren zwoegen, de laatste akkers aan hem overdroegen. „Na vijftien jaar hard werken, zouden we het weer teruggeven aan de natuur. Het blijft onbegrijpelijk.”

Plan Oostvaarderswold kwam voor Van Dongen niet helemaal uit de lucht vallen, bekent hij. „We zitten hier al sinds het begin in een gevarenzone. Ten noorden van ons bedrijf loopt het zogenaamde A30-tracé, dat van Nijkerk tot aan de A6 zou gaan lopen en waarvoor bij de inrichting al een strook was gereserveerd. Uiteindelijk liep dat niet zo’n vaart. Ten zuiden van ons ligt Almere. De enorme groei van die stad leek aanvankelijk een bedreiging, maar ook dat viel mee. Vanaf 2001 kwam Oostvaarderswold als onderdeel van de EHS in beeld, maar dat gold aanvankelijk voor andere boeren.”

Het Oostvaarderswold zou net ten noorden van Van Dongens akkerbouwbedrijf komen, boven het oorspronkelijke A30-tracé. Andere boeren werden daardoor wel hard geraakt. „Op een dag, in november 2006, deed ik mee aan een protest van honderden boeren uit de omgeving. We gingen per tractor naar een vergadering van de provincie Flevoland, waarin de knoop zou worden doorgehakt over het plan.” Van Dongen zal die dag nooit meer vergeten. „Waarom weet niemand, maar het plan was verschoven. Een klein stukje op de kaart, maar het veranderde mijn hele toekomst. Oostvaarderswold kwam gedeeltelijk zuidelijk van het A30-tracé.”

Vanaf dat moment zat zijn bedrijf op slot, vertelt Van Dongen. „Dat zegt natuurlijk niemand letterlijk tegen je, maar daar komt het wel op neer. Van de 55 hectare landbouwgrond is 25 hectare bestemd voor het Oostvaarderswold. Een schuur bijbouwen is eigenlijk hard nodig, maar heeft geen zin meer. Om ook in de toekomst te kunnen overleven, zou ik grond moeten bijkopen. Maar ik kan op deze plek niet meer investeren. Er is me een keer grond geboden, ja. Verwaarloosde grond, een versnipperd stuk. Een onrealistisch bod. Intussen worden we volstrekt in het onzekere gelaten. De communicatie richting de boeren, vooral de pachters, is verschrikkelijk slecht. Het publiek wordt uitgebreid voorgelicht, maar wij lijken er niet toe te doen.”

Van Dongen is boer én natuurliefhebber. „Ik heb meegedaan aan de bescherming van de grauwe kiekendief en andere akkervogels. Als boer heb je een plek in het landschap, dat koester je net zo goed als je grond en je gewassen. Het doet pijn wanneer je dan als boer wordt neergezet als de mafkees die op z’n land ploetert en de lieve hertjes in de weg zit.”

Het principe van de EHS –aan elkaar geschakelde natuur– kan Van Dongen zeker waarderen. „Ik zie daarvan best het belang in. Het is alleen de vraag hoever je daarin wilt gaan. Dit plan is volstrekt onrealistisch. Het zet de toekomst van tientallen boerengezinnen op het spel en het verandert de beste landbouwgrond ter wereld in een doorgangsroute voor edelherten, paarden en runderen. Ik hoop van harte dat de politieke wending onder Rutte betekent dat Oostvaarderswold voorgoed niet doorgaat.”

Natuurorganisaties en provincies staan op hun achterste benen omdat het kabinet stopt met de aanleg van robuuste natuurverbindingen. Reden voor een serie artikelen over de Ecologische Hoofdstructuur (EHS). Volgende week woensdag in Puntkomma deel 3.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer