Kerk & religie

„We hebben een duidelijker profiel nodig”

De Confessionele Vereniging is irenisch, misschien wel té irenisch. Een duidelijker profiel is nodig, wil de vereniging niet al te vaag worden, vindt ds. L. den Breejen, de nieuwe voorzitter van de Confessionele Vereniging (CV) in de Hervormde Kerk.

K. van der Zwaag
6 May 2003 09:48Gewijzigd op 14 November 2020 00:18
DELFT - „Negatief vinden wij de manier waarop SoW gestalte heeft gekregen. Het proces is te veel in organisatorische en juridische vraagstukken verzeild geraakt. Ook vinden wij het zeer te betreuren dat er geen poging is gedaan om het proces breder op te
DELFT - „Negatief vinden wij de manier waarop SoW gestalte heeft gekregen. Het proces is te veel in organisatorische en juridische vraagstukken verzeild geraakt. Ook vinden wij het zeer te betreuren dat er geen poging is gedaan om het proces breder op te

In Nijkerk, tijdens de jaarvergadering van de CV, nam hij vandaag het roer van ds. J. ter Steege over. De toekomstige verenigde kerk krijgt volgens hem geen nieuwe grondslag. „De oude belijdenisgeschriften zijn niet weggestemd, er zijn alleen nieuwe bijgekomen.”

Ds. Den Breejen (54) komt uit een „gemengd nest.” Zijn vader was hervormd, zijn moeder was lid van de Gereformeerde Gemeenten. Als kind kwam hij in beide kerken.

De wijze waarop hij tot het predikambt kwam, is ongebruikelijk. Aanvankelijk wilde hij opvoedkunde en sociale wetenschappen studeren, maar het moderne, anti-autoritaire klimaat bij deze vakken schrikte hem af. Door het lidmaatschap van de reformatorische studentenvereniging CSFR raakte hij geïnteresseerd in de wereld van kerk en theologie.

Het gevolg was dat hij theologie ging studeren, met in het achterhoofd een baan in het onderwijs. Die kreeg hij later in Gorinchem. Toen hij, inmiddels getrouwd, in Vianen ging wonen, sloot hij zich op advies van enkele predikanten aan bij de bestaande confessionele gemeente. „Ik had in Utrecht een goede band met de Gereformeerde Bond en kerkte in de Jacobikerk, maar ben nooit lid van de Bond geweest. Toen we in Vianen gingen wonen, wilden we niet heen en weer pendelen naar een gemeente die ons beter zou liggen. We wilden midden in de kerk staan.”

Den Breejen werd predikant, eerst in Kapelle (1983), later in ’s-Gravenzande (1991) en in 1999 in Delft. Al snel raakte hij betrokken bij provinciale CV-commissies, eerst van Zeeland, later van Zuid-Holland. Sinds vorig jaar maakt hij deel uit van het hoofdbestuur en vanaf vandaag hanteert hij de voorzittershamer.

Schrift en belijdenis, dat zijn de sleutelwoorden waarmee ds. Den Breejen zijn positie in de Hervormde Kerk aangeeft - en die ook de pijlers zijn van de CV. Waar ziet hij het verschil met de Gereformeerde Bond, die ook voor de doorwerking van beide in de kerk ijvert? Ds. Den Breejen: „Er zijn natuurlijk wel verschillen, maar die betreffen vooral de liturgische vormgeving, niet de prediking”, zo typeert hij.

De nieuwe voorzitter krijgt ongetwijfeld veel met Samen op Weg te maken in dit cruciale jaar, waarin op 12 december de stemming over de fusie van de drie kerken zal plaatsvinden. Ds. Den Breejen heeft zich extra verdiept in het ontstaan van de CV, in 1864. „De kerk was toen heel vrijzinnig geworden. Christus als de Verzoener werd niet meer gepreekt, de trinitarische formule bij de doop soms niet meer uitgesproken. Juist toen heeft de CV zich sterk gemaakt voor Schrift en belijdenis. De invloed van Hoedemaker was merkbaar: van binnenuit de kerk trachten te hervormen. Hoedemaker bedankte later voor de CV omdat zij volgens hem te veel een clubje was geworden.”

De opstelling van de CV in het Samen op Weg-proces is altijd „positief-kritisch” geweest, aldus ds. Den Breejen. „Om met het positieve te beginnen: we vinden dat Samen op Weg via de kerkelijke weg tot stand is gekomen, langs de weg van kerkenraden, classes en synode. Het zoeken naar eenheid achten wij positief.

Negatief vinden wij echter de manier waarop SoW gestalte heeft gekregen. Het proces is te veel in organisatorische en juridische vraagstukken verzeild geraakt. Ook vinden wij het zeer te betreuren dat er geen poging is gedaan het proces breder op te zetten, door ook te spreken met de Christelijke Gereformeerde Kerken, de Gereformeerde Kerken vrijgemaakt en de Gereformeerde Gemeenten.”

Terwijl vanuit de Gereformeerde Bond verschillende appèlschriften richting het synodebestuur zijn gegaan, van predikanten of groepen, is dat bij de CV niet het geval geweest. Ds. Den Breejen: „We zijn bang voor wildgroei van allerlei groepen en individuen. We vinden het niet de goede kerkelijke weg om met allerlei actiegroepen onze bezwaren kenbaar te maken.”

Hoe het protest dan wel uiten?

„We kiezen voor gesprek en overleg. De laatste grote poging was het unievoorstel, samen met de Gereformeerde Bond. De manier waarop dat werd afgewezen, stelde ons erg teleur. We hebben er nooit een geheim van gemaakt dat we een federatie beter vinden dan een fusie. Maar al te ver kunnen we niet gaan. We zitten in eigen kring met gemeenten die al gefedereerd zijn en zelfs moeite hadden met ons unievoorstel.”

Krijgen de belijdenisgeschriften een volwaardige plaats binnen de Protestantse Kerk in Nederland?
„Dat denken we zeker. Voor mij persoonlijk had de Leuenberger Konkordie niet gehoefd. Het is jammer dat de Evangelisch-Lutherse Kerk pas in een laat stadium bij het proces is gekomen, waardoor de Leuenberger een onevenredig grote plaats heeft gekregen. Anders ligt het met de Barmer Thesen. Als we kijken naar de situatie waarin het tot stand is gekomen, de spanning van die tijd, dan vind ik dit een uitermate belangrijk belijdenisgeschrift. De kerk moet in elke tijd belijdend spreken. De klassieke belijdenisgeschriften blijven voor mij echter de basis van de kerk. Ze zijn in de nieuwe kerkorde ook niet weggestemd, maar er zijn andere aan toegevoegd.”

Critici zeggen juist dat er een totaal andere kerk komt.

„Dat betwijfel ik. Maar dan nog: Hoe was het in de begintijd van de CV? De verwarring en vrijzinnigheid waren ongekend groot en dáárom heeft de CV de roep om Schrift en belijdenis laten horen. Die uitdaging is in de PKN zelfs meer dan nodig. Ik ben bang dat we, als we ons afscheiden van de PKN, dezelfde fout maken als Kuyper. Daarvoor hebben wij te veel van Hoedemaker meegekregen.”

De CV heeft het imago irenisch en vaag te zijn.
„Ja, misschien zijn we dat ook te veel. Daarom is ook de Gereformeerde Bond uit de CV ontstaan. Hij vond dat er meer actie ondernomen moest worden. Dat is ook het verschil tussen de CV en het Confessioneel Gereformeerd Beraad. In de kwesties van Kuitert en Den Heyer dringt het CGB aan op schorsing van deze hoogleraren. Wij kiezen meer voor overleg, maar ik geef toe dat het gevaar reëel is dat het kwaad dan maar voortsuddert.”

De CV vergrijst steeds meer en telt nu nog amper 3000 leden. Gaat u daar iets aan doen?

„Ja, dat is een van de dingen die ik bewust wil oppikken. We zijn in het verleden te weinig wervend geweest. Dat er steeds minder leden zijn, heeft overigens ook te maken met het feit dat jongeren zich steeds minder willen binden. De confessionele achterban is bovendien vele malen groter dan de actieve ledenkern. Als een predikant confessioneel is, vinden gemeenteleden het meestal niet de moeite om ook lid te zijn. Maar het is voor het geheel van de kerk wel belangrijk dat de CV meer aanhang krijgt. Ik denk bijvoorbeeld aan de rol die de CV speelt bij het beroepingswerk of het benoemen van hoogleraren. Willen we meer invloed hebben, dan moeten we ook meer leden hebben.”

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer