Alblasserdam weet wat dankdag is
ALBLASSERDAM – Herfstbladeren vallen knisperend in een bed, bestaande uit hun geel-rode voorgangers. Koster Nico de Heus opent ondertussen de deuren van de hervormde Dorpskerk van Alblasserdam. „Dankdag? Iedereen in dit dorp weet wat dat betekent.”
Aan de vooravond van dankdag zijn het water in de rivier de Alblas en de lucht erboven bijna even grauw. De wind jaagt over de sluis die het riviertje van de haven in het dorp scheidt.
Gewas is er midden in dit polderdorp in de Randstad niet. Arbeid daarentegen volop. De scheepswerven in en om Alblasserdam bieden honderden mensen werk. Bij het haventje aan de rand van het centrum wordt bovendien volop gebouwd.
Toch zijn er haarscheurtjes zichtbaar in de ogenschijnlijke welvaart die het dorp kenmerkt. ”Reeds 50 procent verkocht”, meldt een bord bij een appartementencomplex dat in de eindfase van de bouw verkeert. Om meteen er op te laten volgen: ”Kortingen tot 70.000 euro”.
De malaise in de woningmarkt doet zich dan misschien gevoelen, toch is het overgrote deel van de Alblasserdammers nog redelijk welvarend. Dat denkt tenminste ds. B. van der Heiden, predikant van de plaatselijke gereformeerde gemeente. „Er zijn in sommige gezinnen ongetwijfeld zorgen. Toch kan ik niet zeggen dat er sprake is van een negatieve tendens.”
De predikant, die ruim tien jaar in Alblasserdam staat, denkt dat dankdag bij een aanzienlijk deel van de bevolking een plaats in de agenda heeft. „We mogen blij zijn met de goede opkomst in de diensten.” Desondanks ligt het economische verkeer niet stil, denkt de predikant. „We leven hier toch in de Randstad, het leven gaat volop door.” Koster De Heus van de Dorpskerk schat dat vooral de avonddienst in zijn gemeente goed bezocht gaat worden. „’s Middags is er wel een samenkomst, maar die is meer op kinderen gericht.” Hij toont een papier met daarop het themalied ”Danken is vieren”, op de wijs van Psalm 118. Het gaat over het werk van Ezra en Nehemia en de viering van het Loofhuttenfeest. „De kinderen zingen dit voorafgaand aan de eredienst.”
Bij een van de winkels in het centrum staat Roberto Dolivramento een sigaret te roken. „Dankdag? Ik ben niet religieus, maar weet wel wat het is”. De geboren Rotterdammer woont inmiddels 26 jaar in Alblasserdam. „Het is hier behoorlijk gereformeerd. Ik denk dat een behoorlijk deel van de mensen dankdag houdt.” Hoewel hij zelden een kerkgebouw vanbinnen ziet, merkt hij het wel wanneer het bid- of dankdag is. „Ik woon naast de Dorpskerk. Als er een dienst is, zijn altijd alle parkeerplaatsen bezet.”
Boekhandelaar Leen Stehouwer van Christelijke boekhandel De Schuilplaats weet vooral van vroeger wat dankdag inhoudt. „Tegenwoordig ben ik aangesloten bij een gemeente waar niet speciaal aandacht wordt geschonken aan dankdag.” In zijn vorige beroep, tuinder, ervoer hij echter aan den lijve hoezeer de groei van gewassen van regen en zon afhankelijk is. „Dan leer je dat je je boterham uit Gods hand ontvangt.”
Net als in de Dorpskerk staat een van de diensten in de gereformeerde gemeente in het teken van Nehemia en het Loofhuttenfeest, aldus ds. Van der Heiden. „’s Morgens hoop ik te preken uit Nehemia 8. Dat sluit aan bij een aantal preken dat ik in de achterliggende tijd heb gehouden over dit Bijbelboek. ’s Avonds staat 1 Thessalonicensen 5:18 centraal: Dankt God in Alles. Dat is de kern van dankdag.”