„Uitspraken over geloof en zeden zijn bindend”, zei de bekende pastoor dinsdagavond tijdens een openbare vergadering van Emèt Qenee, een dispuut in Tilburg en Eindhoven dat uitgaat van de reformatorische studentenvereniging CSFR. „Als dat niet zo was, zou er relativisme in de kerk ontstaan en dan valt de kerk uit elkaar.”

De bijeenkomst had plaats in de evangelisatiepost van de Gereformeerde Gemeenten in Tilburg.

Pastoor Schilder kreeg bekendheid door zijn strijd voor het luiden van de kerkklok van de Margarita Mariakerk in de Brabantse stad. Vorige week bepaalde de bestuursrechter in Breda dat de klok niet meer ongedempt elke werkdag om 7.15 uur mag luiden voor het vroege gebed. De pastoor gaat in hoger beroep. Dinsdagavond zei hij daarvoor kansen te zien.

Schilder behoort tot de traditionele stroming in de Rooms-
Katholieke Kerk, gaf hij aan. Hij wil terug naar de bronnen en dan vooral naar de middeleeuwse traditie met de daarbijbehorende manier van het vieren van de mis. Daar komen weer jongeren op af, zei hij, al is het niet in grote aantallen.

Volgens de pastoor is zijn kerk in de Nederlandse samenleving verder gemarginaliseerd dan de protestantse kerken. In dat verband noemde hij de protestantse scholen, omroep en dagbladpers.

Schilder heeft weinig vertrouwen in het rooms-katholieke onderwijs. De vanouds rooms-katholieke omroep KRO –die in tegenstelling tot de Evangelische Omroep nauwelijks aandacht schonk aan zijn acties– vindt hij de naam katholiek niet waard.

De marginalisering heeft mede te maken met het strak vasthouden van de Rooms-Katholieke Kerk aan ethische standpunten als de afwijzing van homoseksualiteit en ongehuwd samenwonen, zei hij. „Door aanpassing aan de tijdgeest hebben sommige protestantse kerken invloed behouden. Het confronterende stoot af.”

Schilder zei dinsdagavond uitgezien te hebben naar de ontmoeting met de christelijke studenten. Hij praat naar eigen zeggen gemakkelijker met christenen dan met moslims –„We kunnen samen bidden omdat we van Christus houden”– en hij praat liever met rechtzinnige protestanten dan met liberale rooms-katholieken.

Volgens hem is er op dit moment meer sprake van tweestrijd tussen liberale en orthodoxe rooms-katholieken en tussen liberale en orthodoxe protestanten dan tussen rooms-katholieken en protestanten. Hij vindt het „heel vreemd” dat er in de Protestantse Kerk een predikant is –ds. K. Hendrikse– die niet in God gelooft. „Dat moet fout gaan.”

Verschillen

Schilder somde ook een rij verschillen op. Een daarvan is de visie op de positie van Maria. „Maria is de moeder van de kerk. Zij was betrokken bij de belangrijkste geheimen in het leven van Christus. Al de dingen die Maria vroeger deed voor de apostelen doet ze nu voor haar leerlingen. Door Maria gaan we tot Jezus. Toen Jezus aan het kruis sprak „Vrouw, zie uw zoon” en „Zie Uw moeder” was dat de gave van Zijn moeder aan de kerk.”

Ook de acceptatie van apocriefe boeken in de RKK vormt een verschil. „De canon was ruimer dan wat er later tijdens de Reformatie van gemaakt is. Jezus had een andere Bijbel dan de protestanten nu. Luther heeft van een aantal boeken bepaald welke van God waren en welke niet. Zo vond hij dat het boek van de Makkabeeën er niet bij hoorde.”

Gemeenschappen

Protestanten die als protestant geboren zijn, ziet Schilder niet als scheurmakers. De RKK kan een protestantse kerk echter niet als een kerk zien, maar alleen als een kerkelijke gemeenschap. Dat heeft te maken met de bisschoppelijke hiërarchie. „Die hiër­archie behoort bij het eigene van de Rooms-Katholieke Kerk. De paus is de bisschop van Rome en de opvolger van Petrus.”

Heiligen noemde hij „mensen die er goed in geslaagd zijn om Christus na te volgen. Hun taak houdt niet op met hun sterven. We aanbidden hen niet, maar we bidden tot hen.” Samenvattend: „Als je de bisschoppen aanvaardt, is de paus niet problematisch en als je de heiligen aanvaardt, is Maria niet problematisch.”

Ook het verschil in Bijbeluitleg blijft staan. „De Schrift is niet biblicistisch. De letter van het Woord wordt uitgelegd door de traditie en de leer van de kerk.”