Opinie

Waarheid claimt gezag voor zichzelf

Christenen zeggen dat het in het christelijk geloof om waarheid gaat, maar draait het in de kerk niet gewoon om macht?

15 October 2010 17:49Gewijzigd op 14 November 2020 12:09
Ds. M. J. Kater Foto RD
Ds. M. J. Kater Foto RD

De opvatting dat de waarheidsclaim van christenen verbonden is met een machtsdenken waarvan we verlost moeten worden, is terug te vinden in uitspraken van politici die graag een eind willen maken aan de vrijheid van het christelijk onderwijs. Als je kinderen leert dat de waarheid van het christelijk geloof het einde is van alle tegenspraak, is dat een ongeoorloofde vorm van geloven op gezag, betogen zij.

Dat een dergelijke claim evenzeer een machtswoord is, wordt gemakkelijk over het hoofd gezien. Eveneens dat een aantal politici van ”paarsen bloede” bezig is onze volksziel te indoctrineren met het leerstuk van de belachelijkheid van een bevoorrechte positie van het christelijk onderwijs. Kortom, wie de ander een machtswoord verwijt, spreekt zelf vaak met een machtswoord. Zelfs het laatste woord van een agnost –„wij kunnen niets zeker weten”– is een voorbeeld daarvan.

Wiskunde

Nu zou het te goedkoop zijn om ons op een dergelijke manier van dit verwijt af te maken. Bij een negatieve kijk op ”geloven op gezag” zijn op z’n minst de volgende kanttekeningen te maken.

  1. Laat ik beginnen met te erkennen dat we dit verwijt voor een deel over onszelf hebben afgeroepen. Er is en er wordt in de kerk soms om de ‘waarheid’ gestreden terwijl het in werkelijkheid slechts gaat om de macht van een ambtsdrager of groep gemeenteleden. Het is niet zonder reden dat diverse kerken een klachtencommissie kennen inzake misbruik van pastorale en andere kerkelijke gezagsrelaties. Ook in de Bijbel wordt dit machtsmisbruik aan de orde gesteld als Jezus de positie en het gedrag van de Schriftgeleerden en Farizeeën hekelt. Maar daarmee is niet aangetoond dat ”dus” iedere waarheidsclaim een vorm is van machtsmisbruik.

  2. Er is in wetenschappelijk opzicht niets tegen het trekken van een voor iedereen dwingende conclusie –een waarheidsclaim dus– volgens de regels van de logica of van het desbetreffende vakgebied. Niemand zal beweren dat het in de wiskunde wel om waarheid lijkt te gaan, maar dat het in werkelijkheid in de wiskunde draait om macht. Het toepassen van de wetten van de logica is geen zaak van indoctrinatie. Je kunt het iemand laten narekenen en zo meenemen op de weg die leidt tot een bepaalde –inderdaad dwingende– conclusie. Wel kan het de voorkeur verdienen iemand bijvoorbeeld de stelling van Pythagoras ”zelfontdekkend” te laten leren en iemand zelf de conclusie te laten trekken in plaats van meteen de regel er in te hameren en die vervolgens blindelings te laten toepassen.

Welnu, ook binnen het christelijk geloof zijn er dwingende conclusies. Die zijn echter niet per definitie in tegenspraak met een weg van zelfontdekkend leren. Dit onderstreept het levensbelang van een christelijke opvoeding waarin niet slechts een aantal machtswoorden erin gehamerd wordt, maar waarin jongeren bij de hand genomen worden en zo geleid worden op de weg van de waarheid.

  1. Ieder mens gelooft de meeste dingen op gezag van anderen. Wanneer we consequent bezwaar zouden maken tegen leren op gezag –en niet alleen op het gebied van religie– dan zou dit leiden tot een zeer beperkte wijze van leven. We komen in ieder geval los te staan van de wereld als geheel en de geschiedenis van de wereld. Ik mag dan immers niet geloven of anderen laten geloven dat er een stad bestaat in Australië die Melbourne heet. Ik ben er immers niet geweest en ik kan ook geen logica gebruiken om te bewijzen dat die stad moet bestaan. Dat geldt ook historische feiten. Niemand van ons is ooggetuige geweest van de slag bij Waterloo (1815) en evenmin kan ik door een logische redenering aantonen dat die slag een feit in de geschiedenis moet zijn. Toch spreken we niet over de machtsclaim van de aardrijkskunde- of geschiedenisdocent die de leerlingen deze waarheden bijbrengt.

Waarom geven we ons dan gerust over aan geloven op gezag? Omdat we de gezagsdrager betrouwbaar en geloofwaardig achten. Pas wanneer iemand me overtuigd heeft van zijn ongeloofwaardigheid en ik zou toch gedwongen worden wat hij zegt voor waar aan te nemen, dan vallen waarheidsclaim en machtsclaim samen. En er is nog nooit iemand geweest die de ongeloofwaardigheid van God aangetoond heeft.

  1. Oefenden apostelen, de eerste verkondigers van het Evangelie, macht uit op hun hoorders toen ze hen confronteerden met de waarheid? Ja! Dit werd echter niet veroorzaakt door hun persoonlijkheid of wijze van optreden, maar door de inhoud van hun boodschap. Die hadden ze trouwens zelf niet in eigen handen, gezien de verschillende uitwerking van hun woorden. De waarheidsaanspraak in hun boodschap blijkt wel het menselijk geweten mee te hebben, maar roept ook juist verzet op.

Een mooi voorbeeld daarvan hebben we in het leven van Paulus, die door een machtswoord van Jezus Zelf tot het erkennen van de waarheid gebracht werd (Handelingen 9). Wanneer hij vervolgens de christelijke boodschap gaat doorgeven, kan hij dat doen met zo veel gezag –ondanks zijn verschijning als een miezerig mannetje (zie 1 Kor. 2:3)– dat het bijvoorbeeld Felix (Hand. 24:25) en Agrippa (Hand. 26:28) diep raakt.

Ouderlijk gezag

  1. De (machts)claim dat het christelijk geloof de waarheid voor het karretje van de macht spant, komt voort uit de wil en het verlangen om met alle macht te proberen uit handen van de waarheid te blijven. Iedere opvoeder kent deze machtsstrijd wanneer het gaat om de wil van het kind tegenover de wil van de ouders. Wanneer het ouderlijk gezag hier niet vormend werkt, groeit er een onhandelbaar kind op dat bovendien ook onzeker zal zijn vanwege gebrek aan grenzen in zijn leven. Het is om deze pedagogische reden dat onze Schepper Zijn waarheid gebruikt om macht uit te oefenen in mensenlevens, met het doel dat ze ontdekken dat die machtswoorden gedoopt zijn in liefde. Aan het slot van de Bergrede (Matth. 7:28) lezen we dat Jezus leerde als iemand die macht heeft. Het gaat er om wie het recht van spreken heeft! Dat erkennen we zelfs in ons tegenspreken.

Ds. M. J. Kater, christelijk gereformeerd predikant te Sint Jansklooster en docent apologetiek aan de Theologische Universiteit Apeldoorn. Heeft u een vraag voor deze rubriek of wilt u reageren? weerwoord@refdag.nl

Verder lezen over dit onderwerp:

J.P. Moreland, ‘Postmodernism and Truth’, in: Norman L. Geisler, Chad V. Meister, Reasons for Faith. Making a Case for the Christian Faith (Wheaton 2007), 113-126.

J.P. Moreland and William Lane Craig, Philosophical Foundations for a Christian Wordlview (Downers Grove 2003), 71-170.

Meer over
Weerwoord

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer