Hoge Raad verwerpt cassatieberoep Holleeder
DEN HAAG (ANP) – De Hoge Raad heeft dinsdag het beroep in cassatie van Willem Holleeder verworpen. Daarmee is de veroordeling van Holledder tot negen jaar cel definitief geworden. Het gerechtshof in Amsterdam legde Holleeder die straf vorig jaar zomer op wegens onder meer het afpersen van een aantal zakenlieden, onder wie de in 2004 geliquideerde vastgoedhandelaar Willem Endstra.
Holleeders advocaten Stijn Franken en Chrisje Zuur hadden in cassatie onder meer aangevoerd dat gesprekken die Endstra in 2003 in het geheim met de politie voerde, ten onrechte als bewijs zijn geaccepteerd. Het hof verwierp deze bezwaren, evenals alle andere door de raadslieden opgevoerde punten.
Franken en Zuur hebben ook in cassatie geprotesteerd tegen de door hen veronderstelde partijdigheid van de voorzitter van de rechtbank in Haarlem, die Holleeder in eerste instantie heeft veroordeeld. De betrokken voorzitter van de rechtbank, Rino Verpalen, zou in uitlatingen in een krant blijk hebben gegeven van vooringenomen standpunten ten aanzien van de zaak-Holleeder. Evenals het Amsterdamse hof verwierp ook de Hoge Raad deze klacht.
Advocaat-generaal Nico Jörg heeft de raad in juli geadviseerd het cassatieberoep van Holleeder te verwerpen. Conform zijn advies wees de de raad ook het cassatieberoep van twee medeverdachten van de hand.
Holleeder was het middelpunt van een mega-onderzoek van het landelijk parket van het Openbaar Ministerie, dat werd ingezet na de gewelddadige dood van Endstra. Eind januari 2006 arresteerde de politie Holleeder en een groep medeverdachten, onder wie zijn ex-vriendin.
De zogeheten achterbankgesprekken - de gesprekken van Endstra met de politie - vormden het hart van het bewijs van de zaak. Holleeders advocaten hebben de bewijswaarde hiervan te vuur en te zwaard bestreden, omdat Endstra niet nader ondervraagd kon worden over zijn belastende uitlatingen. Volgens de Hoge Raad heeft het hof dit nadeel voldoende gecompenseerd door het horen van andere getuigen. Zij konden Endstra’s beweringen tegenspreken dan wel bevestigen. Onder hen waren ook getuigen die Holleeders advocaten aan de tand wilden voelen.
Met dit oordeel geeft de Hoge Raad aan dat getuigenissen van nadien overleden getuigen voor het bewijs gebruikt kunnen worden, als de rechter controle van die verklaringen op een andere manier mogelijk maakt.