Turkse moslim: Er broeit iets in Rijssen
RIJSSEN – Rijssenaren zijn over het algemeen behulpzaam, maar er is een groep die het moslims niet makkelijk maakt.
Die woorden sprak de Turkse moslima Fatma Özturk donderdagavond in Rijssen. Daar bekeken zo’n 450 mensen de veelbesproken documentaire ”Rijssens stille oorlog” van filmmaker Emile van Rouveroy van Nieuwaal.
Özturk is een van de hoofdrolspelers in de film. Ze zegt zich als allochtone moslim achtergesteld te voelen. In haar optiek is er in Rijssen sprake van een „stille oorlog” tussen moslims en reformatorische mensen. Ook zegt de vrouw in de documentaire dat angst bij moslims niet alleen voor Rijssen geldt, maar breder in Nederland speelt. Ze verwijst in de film naar de politiek van PVV-leider Wilders.
De typering „stille oorlog” werd de afgelopen tijd bekritiseerd. Onder meer oud-burgemeester Koelewijn van Rijssen vindt de omschrijving „veel te ver” gaan.
Özturk is na bedreigingen naar de politie gestapt. „Wat een commotie”, zei de vrouw gisteravond in een korte toespraak na de film. „Ik ben behoorlijk geschokt door de negatieve reacties.” Özturk zei in Rijssen geen mensen „uit elkaar te willen drijven.”
Ze blijft achter haar typering „stille oorlog” staan. „Ik begrijp dat de titel beladen is, maar ik heb die woorden niet voor niks gebruikt. Ik hoop dat ze tot nadenken stemmen. Er zijn problemen. Mijn angst zit erg diep. Rijssenaren zijn over het algemeen behulpzaam, maar er is een groep die het niet makkelijk maakt voor moslims. Critici, die zonder de film gezien te hebben, zeggen dat moslims hier niet worden gediscrimineerd, doen aan struisvogelpolitiek.”
Moslims in Rijssen worden meer dan eens achtergesteld, zei de Turkse vrouw gisteravond. „Knulletjes van vier, vijf jaar roepen ”vieze Turk” naar oudere Turkse mannen. Er zijn bedrijven die Turkse en Marokkaanse werknemers en stagiairs niet in dienst nemen. Ik heb het niet over gevoelens, maar over feiten. Ik kan tientallen voorbeelden noemen. Hoogopgeleide moslims verlaten Rijssen, omdat ze de confrontatie met sommige groepen zat zijn.”
Opvallend is dat de hersteld hervormde boekenverkoper Wieger Smeijers, een van de reformatorische mensen die in de documentaire het woord doen, gisteravond publiekelijk kritiek leverde op de filmmaker. „Als ik geweten had dat een gesuggereerde ruzie tussen reformatorischen en moslims het kernthema was geweest, had ik geen medewerking verleend. De filmmaker zet zaken op scherp, dat vind ik erg jammer. Als christen distantieer ik me van ruzie maken met anderen. Houd vrede met alle mensen.”
Smeijers vindt dat de filmmaker de diepste intenties van de Rijssense boekhandelaar niet heeft verwoord. „In de film komt niet naar voren hoe geweldig onze Messias is, ik heb Zijn liefde zelf ervaren. Een natuurlijk mens begrijpt niet de dingen die van God zijn. In China begrijpen ze het ook niet als ik zeg hoe lekker de zuurkool van mijn lieve moeder smaakt.” Als de Turkse moslima Özturk de afgelopen weken „mogelijk vanuit reformatorische hoek vervelend is behandeld”, zei Smeijers, dan is „dat een schandalige zaak.”
De Turkse ondernemer Yasar Topalak (44), moslim, denkt „dat er iets broeit” in Rijssen, „als ik het verhaal van iemand als Özturk hoor.” Hij wil de verschillen tussen islam en christendom niet benadrukken. „Laten we ons richten op terreinen waar we ons samen sterk kunnen maken, zoals de strijd tegen abortus.”
Kees Jansen (22), van reformatorischen huize, vindt ”Rijssens stille oorlog” een „mooie film.” Toch is hij „niet echt gelukkig” met het „geschetste beeld” over spanningen tussen christenen en moslims. „Een stille oorlog, dat is schromelijk overdreven. In Rijssen is het goed toeven. Ik deed vakantiewerk met moslims, gaf les aan moslims, ik krijg een Turkse buurman. Dat gaat goed, al blijft er een fundamenteel verschil tussen christendom en islam.”