Groen & duurzaamheid

Opmars uit het zuiden van de kever

Je zult maar wonen in een nieuwbouwwijk waar een uitheemse snuitkever zich als een vis in het water voelt. Kevers in de klimop, kevers op de tuintafel en als het tegenzit zelfs kevers onder je dekbed.

1 October 2010 22:30Gewijzigd op 14 November 2020 11:59Leestijd 4 minuten
Het is dringen geblazen voor dit clubje Otiorhynchus aurifer, een uitheemse snuitkeversoort die vooral in Zeeland goed gedijt. beeld Silvia Hellingman
Het is dringen geblazen voor dit clubje Otiorhynchus aurifer, een uitheemse snuitkeversoort die vooral in Zeeland goed gedijt. beeld Silvia Hellingman

De overlast van exotische snuitkevers in tuin en plantsoen neemt de laatste tijd flink toe, meent de –uit Brazilië afkomstige– Drentse insectenkenner Silvia Hellingman. In Nederland zijn inmiddels zes uitheemse soorten massaal aanwezig. Eerst vooral in de Randstad, maar intussen door het hele land verspreid.

Reden voor de eigenaar van Biocontrole –een webwinkel die handelt in biologische insectenverdelgers– om vorige week een berichtje te plaatsen op de nieuwssite natuurbericht.nl. Dat heeft ze geweten. De volgende dag al rolden de media over haar heen en overal verschenen –vaak ongenuanceerde– berichten over de onstuitbare, uit Zuid-Europa afkomstige snuitkevers die alles eten wat los en vast zit. In sommige wijken zou het al herfst lijken.

De recente media-aandacht voor de plaag heeft Hellingman verbaasd. Relativerend: „Het is niet de eerste keer dat ik erover bericht en het is niet zo dat ik de noodklok luid. Wel trek ik me het lot aan van mensen die geen raad weten met de verwoesting die de kevers in hun pas aangelegde tuin aanrichten.”

Inderdaad: de kevers doen zich graag tegoed aan blad en laten daarbij een schade achter waar een rups jaloers op kan zijn. Vervelender zijn de larven, die hun buik met plantenwortels vullen. Aan de kevers zelf –die soms met duizenden tegelijk in tuinen rondlopen– is volgens Hellingman weinig te doen. Ze worden zonder problemen een paar jaar oud en het zijn nog taaie rakkers ook. „Afgelopen winter vond ik in Arnhem een Spaans typetje, terwijl het ’s nachts min 18 was.”

Wat wel helpt, is aangetaste planten begieten met water met daarin aaltjes uit de winkel van Hellingman. Deze kleine wormpjes parasiteren de larve, waardoor die stopt met eten. Een zieke larve zal nooit een kever worden. Verder ziet Hellingman graag dat de overheid grenscontroles verscherpt. „Sinds een aantal jaar zijn Europese grenzen open voor plantenmateriaal. Insecten liften vanzelf mee. Met vakantiegangers bijvoorbeeld die een mooi olijfboompje meenemen uit Italië.”

Van de handel hoeven we volgens haar weinig heil te verwachten. „Tuincentra zijn er alleen maar bij gebaat dat klanten om de zoveel tijd nieuwe struiken aanschaffen. Kwekers kijken veel beter uit.”

In Nederland lopen honderden soorten inheemse snuitkevers rond. Van overlast is geen sprake, want ’s winters bezwijken ze massaal. Buiten de taxuskever vormt geen van alle echt een plaag.

Het is opvallend dat juist nieuwbouwwijken te kampen hebben met uitheemse exemplaren. Hellingman heeft hier wel een verklaring voor. „Volgens de heersende mode bevatten tuinen veel van hetzelfde. Laurier en klimop zijn helemaal hot, juist soorten waar de kevers graag in bijten.” Kruisbesmetting met net aangelegde plantsoenen maakt de cirkel weer rond.

Hellingman ziet de snuitkevers overigens niet als het meest bedreigende uitheemse insect.


„Sommige exoten zorgwekkend”

Hoogst verbaasd was hoofd van de afdeling entomologie (insectenkunde) van Wageningen Universiteit, prof. dr. Marcel Dicke, toen hij vorige week alle media-aandacht rond de snuitkever in ogenschouw nam. „Ik zal niet ontkennen dat er wat problemen zijn, maar de omvang die nu wordt gesuggereerd, is niet aan de orde.”

Veel huiveriger is hij voor de Oost-Aziatische boktor, die incidenteel in Nederland opduikt en waar geen kruid tegen gewassen is. „Zo’n vondst wordt heel serieus opgepakt, de overheid neemt meteen maatregelen. De boktor kan een bomenplaag worden, met grote gevolgen voor dorpen en steden.”

Hellingman deelt de zorgen van Dicke. „De schade die dit insect aanbrengt, is gigantisch. Als hij echt doorbreekt, blijft er geen bos overeind.”

Regelmatig importeert Nederland ongewild uitheemse insecten. De meeste overleven ons klimaat niet en vliegen of lopen hooguit een poosje in een kas rond. Gevreesd is de mediterrane fruitvlieg. Treft de Voedsel en Waren Autoriteit deze aan in een lokval, dan betekent dat zonder meer een exportverbod. De larve van de vlieg tast fruit en groente aan.

Dan zijn er ook nog de uitheemse muggen, die vervelende virussen met zich mee kunnen dragen. Afgelopen juli nog troffen controleurs gelekoortsmuggen aan in een in Noord-Brabant opgeslagen partij oude autobanden. „In dit geval droegen de muggen geen virus bij zich, maar dergelijke vondsten kunnen wel degelijk zorgwekkend zijn”, aldus Dicke.

Een ander venijnig bijtertje is de tijgermug, die meelift met de nog altijd populaire groene Lucky Bamboostengels. „Die dieren kunnen ziekten overbrengen, daar moeten we van af. Dat is van een heel andere orde dan een kevertje dat van de planten in onze tuin eet.”

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer