Ons oogmerk is niet om u tot wanhoop te drijven. O, nee. Maar gelijk de Heere door Jesaja een woord tot dat volk zond, zo zendt Hij ons met een woord tot u.De reden waarom u mij niet wilt horen, is uw vleselijk vertrouwen. U bent als dit volk, waar Jesaja tegen spreekt. Dat volk zei ook: „Des Heeren tempel, des Heeren tempel is deze.” Of dit u zal kunnen behouden. Deze dingen kunnen u niet bedekken in de dag van de toorn van God. Weet ook dat het noodzakelijk is om vrede met God te maken en dat uw gerechtigheid overvloediger moet zijn dan gerechtigheid van alleen uw belijdenis. Anders bent u net zo ver van het koninkrijk der hemelen af als Sodom.

De tekst spreekt hier over de zonden van de oversten. En tot deze oversten zegt Jesaja: „Hoort des Heeren Woord.” Nu is het zeker dat niemand recht horen kan, tenzij hij het op de rechte wijze hoort. Waarom keert het woord des Heeren niet met meer vrucht tot Hem weer? Waarom beven de mensen daar niet voor? Ik meen, omdat ze het niet aannemen als Gods Woord. Er is een dwaling in ons hart die ervoor zorgt dat wij de Schrift niet geloven. Ik zeg niet dat u er aan twijfelt, maar u gelooft het niet. Het is namelijk wat anders de Schrift met het hart te geloven en wat anders haar in twijfel te trekken. U twijfelt niet aan de Schrift, niet omdat u die waarlijk gelooft, maar omdat u die in het geheel niet overweegt.

Hugo Binning, predikant te Govan (Schotland) (Vernedering des harten, 1705)