SGP en PVV
Christelijke politiek leeft vanuit eigen, Bijbels beginsel. Die stellingname van Roel Kuiper (RD 15-9) is mij uit het hart gegrepen. Juist die principiële eigenheid bepaalt ook de houding van de SGP tegenover de PVV. Ons meest fundamentele bezwaar tegen de PVV is dat zij in de kern een liberaal-seculiere partij is.
Helaas onderscheidt de PVV zich wat dat betreft niet van veel andere partijen. Partijen als D66 en GroenLinks lopen voorop met voorstellen die bijvoorbeeld de vrijheid voor christelijke scholen aan banden willen leggen of strafbare godslastering willen legaliseren. Daarom kan ik het ook écht niet volgen als vanuit de ChristenUnie een coalitie met een seculiere partij als D66 als serieuze mogelijkheid wordt gezien, terwijl tegelijkertijd zelfs een minder vergaande constructie met de PVV als gedoogpartij principieel van de hand wordt gewezen.
Wij zijn het er snel over eens dat een kritische bejegening van de islam niet mag verworden tot een onheuse bejegening van moslims. Al zou ik in de praktijk graag meer willen merken van een kritische houding van de CU tegenover de islam.
Ook is het helemaal waar dat we zorgvuldig moeten omgaan met fundamentele vrijheden voor minderheden. Er is dus zeker gerechtvaardigde kritiek op de PVV uit te oefenen. Maar dat is geen reden om de PVV principieel uit te sluiten wegens „inperking van vrijheden”. Zoiets als een ”kopvoddentaks” is natuurlijk onzin. Het tegengaan van financiering van moskeeën vanuit onvrije landen als Saudi-Arabië is daarentegen een goede maatregel, al is het formeel inderdaad een inperking van vrijheden.
Het zou jammer zijn als dit soort nuttige voorstellen onder de pet blijven uit angst om de PVV in de kaart te spelen. Laten CU en SGP ook hier met kracht van argumenten een zelfstandige positie zoeken. Vanuit een eigen, Bijbels beginsel.
Mr. C. G. van der Staaij
Fractievoorzitter SGP
Postbus 20018
2500 EA Den Haag
Evangelischen
Ds. J. M. D. de Heer (RD 14-9) mist theologen in de evangelische beweging. De eerste vraag is natuurlijk wat daaronder verstaan wordt. Behoren mensen als dr. C. van der Kooi en dr. P. A. Siebesma daar bijvoorbeeld ook bij? Dan moet je voorzichtig worden, vooral wanneer iemand dit beweert die zelf uit een kerkverband komt waar wetenschappelijke beoefening van de theologie voor predikanten niet noodzakelijk wordt geacht. Ik ben blij dat men zich nu beraadt op academisch geschoolde docenten (RD 16-9), want zelfs de meeste docenten aan de Theologische School van de Gereformeerde Gemeenten zijn geen theoloog.
Een kritische evaluatie van de evangelische beweging op wetenschappelijk niveau waardeer ik, maar ga dan niet aan de eigen kring voorbij. Opmerkelijk genoeg werd theologisch gefundeerde kritiek op de eigen ‘beweging’ in het verleden juist terzijde geschoven. Aan de ETF in Heverlee lopen overigens heel wat gepromoveerde evangelische docenten rond, terwijl de Boezemsingel de eerste nog voort moet brengen. Het zou mooi zijn wanneer daar verandering in komt en als er op theologisch niveau met elkaar gesproken kan worden.
P. G. I. van den Berg
Kempenaar 70
2991 PJ Barendrecht