Niertransplantatiepatiënten gebruiken medicijnen om afstoting van het nieuwe orgaan tegen te gaan. Deze medicatie moet regelmatig worden bijgesteld, en daarvoor is het nodig de concentratie van medicijnen in het bloed te meten, de zogenoemde bloedspiegel. Dat was tot nu toe een tijdrovende procedure, die nu grotendeels thuis afgehandeld kan worden. Het Maastrichtse ziekenhuis verwacht dat zijn methode spoedig door andere ziekenhuizen in Nederland en andere landen overgenomen zal worden.

De patiënten prikken thuis op hun nuchtere maag in hun vinger, laten twee druppels bloed op een speciaal kaartje vallen en sturen dat op naar het laboratorium. Als zij ervoor zorgen dat het bloed minimaal twee weken voor de controleafspraak met de arts in het ziekenhuislab is, is de uitslag van de bloedspiegel bekend als ze bij de dokter komen. Voorheen moesten de patiënten eerst komen voor het bloed prikken en daarna nog een keer voor de doktersafspraak. Aangezien een academisch ziekenhuis een regionale functie heeft, betekende dat voor velen lange reistijden.

Volgens researchverpleegkundige Monique Mullens van het azM zijn de gebruikers van de nieuwe methode heel enthousiast. „Het is onder meer mogelijk om patiënten te controleren die voor langere tijd in het buitenland zijn. Die krijgen de uitslag per mail of gsm.”

Transplantatiepatiënten worden ook af en toe een dag opgenomen om hun bloedwaarden over de hele dag te kunnen meten. Het azM probeert nu met enkele tientallen patiënten uit of deze zogenoemde curves ook thuis gemaakt kunnen worden, wat een nog grotere verbetering wat betreft kosten en patiëntvriendelijkheid zou zijn. Patiënten die thuis gaan prikken, krijgen vooraf een training in het ziekenhuis.