”Laat ons mensen maken”, luidde het thema van het vijftiende achtereenvolgende paasappèl, belegd door de plaatselijke jeugdvereniging Augustinus. Ook dit jaar was het kerkgebouw van de gereformeerde gemeente tot de laatste plaats bezet.

„Laat óns”, merkte ds. Van Aalst op in zijn lezing, getiteld ”Naar Gods beeld”. „Laat óns, dat is de taal van de eigenzinnige, zich onafhankelijk wanende mens na de zondeval. „Komaan, laat ons tichelen strijken, en wel doorbranden”, zeiden de torenbouwers van Babel, in de vlakte van Sínear. „Komaan, laat ons voor ons een stad bouwen en een toren, welks opperste in hemel zij.”

Zó aardsgezind was het mensdom geworden. Maar Babel is van alle tijden. Hier openbaart zich het menselijk streven. De mens, die zich niet wil láten gezeggen. De mens die zelf god wil zijn. Laat ons… geen kinderen nemen. Laat ons… een kind nemen, maar dan wel manlijk. Laat ons… mensen maken.”

„Maar”, vervolgde de predikant van de gereformeerde gemeente te Klaaswaal, „God sloeg de torenbouwers gade. Hij greep in, op Zijn tijd. Met dezelfde woorden: „Komaan, laat Ons… nedervaren en laat Ons… hun spraak aldaar verwarren.” En die God des gerichts is nog steeds Dezelfde. Alle menselijk streven wordt eens verbroken. God bouwt Zichzelf een stad, dwars door alles heen. Een stad waar straks eeuwig Zijn lof zal worden verkondigd. Zul jij daar dan ook mee instemmen?”

S. M. de Bruijn, wetenschapsjournalist bij het Reformatorisch Dagblad, werkte het onderdeel ”En mijn gelijkenis” verder uit. „Niet alleen christenen en Joden hebben de afgelopen dagen het paasfeest gevierd”, zei hij. „Er was nóg een godsdienst die dat deed: die van de raëlianen. Afgelopen zaterdagmorgen kreeg ik een persbericht van de Raëliaanse Beweging Nederland, dat ik even aan jullie wil voorlezen. „Raëlianen over de hele wereld zullen deze zondag -zondag jongstleden dus- bijeenkomen in alle steden in de wereld om de verrijzenis van Jezus door middel van het kloneren te vieren, dat door de Elohim bereikt werd, 2000 jaren geleden. Zijne Heiligheid Raël zelf zal een bijeenkomst bijwonen die plaatsvindt in de Gesu-zaal (een theater) in Montreal.””

Minstens drie teams van wetenschappers houden zich op dit moment bezig met het onderzoek naar de mogelijkheid om mensen te kloneren, aldus De Bruijn. „Tot nu toe heeft niet een daarvan kunnen bewijzen dat er inmiddels kloonkinderen geboren zijn. Maar betekent dit dat er geen mensenklonen zullen komen? Dat durf ik niet te zeggen. Ik ben ervan overtuigd dat er hard aan wordt gewerkt.”

Zal God het kloneren van mensen dan toestaan? luidde een vraag. „Toestáán, nee”, antwoordde ds. Van Aalst. „Toeláten, zou kunnen. Ik zal niet zeggen dat het nooit zal gebeuren. Maar ik weet óók dat God de torenbouwers gadeslaat. Het loopt Hem nooit uit de hand.”

Heeft zo’n gekloond mens een ziel? vroeg een ander. De Bruijn: „Er is geen mens zonder ziel. Ook een kloonkind heeft dus een ziel, vanaf het moment dat het kan uitgroeien tot een embryo. Daarmee is het dan ook beschermwaardig.”

Ds. Van Aalst: „Er gebeuren op deze aarde dingen die zo niet hadden moeten gebeuren. Maar zijn ze eenmaal gebeurd -neem een onwettig gesloten huwelijk- dan gelden vervolgens de regels van de Schrift.”