Calvijn in Bloem (II)
Een wetenschappelijk congres, waarbij een „historische grootheid” als Johannes Calvijn centraal staat, is zoals gewoonlijk een bijeenkomst van specialisten die allen op hun eigen wijze en vanuit diverse gezichtspunten proberen nieuw licht te werpen op de hoofdpersoon. De vraag is wat dat ‘nieuwe’ nog zou kunnen zijn, zo snel na 2009, het jaar waarin Calvijn wereldwijd op zo veel conferenties, tentoonstellingen en evenementen onder de aandacht is gebracht.
Waarschijnlijk is dat de reden dat direct al aan het begin van het congres in Bloemfontein in Zuid-Afrika aan prof. dr. Karin Maag (VS) de gelegenheid werd geboden nog eens terug te kijken. Wat was het resultaat van het Calvijnjaar? Ze gaf een opsomming van diverse activiteiten, die in alle delen van de wereld soms veel publiciteit hebben gekregen. Ze noemde onder meer dat premier Balkenende hoogst persoonlijk de moeite nam om in Berlijn een Calvijntentoonstelling te openen. Verder somde ze de indrukwekkende oogst van boeken. Toch past Calvijnwetenschappers een „gezonde ootmoed”, zei prof. Maag. Belangrijk is dat ze zich proberen te richten op hedendaagse vraagstukken, waarbij de inzichten die ze bij Calvijn kunnen opdoen, mogelijk bruikbaar zijn.
Prof. dr. Michael Beintker uit Münster (Duitsland) gaf een overzicht van Calvijns denken over de manier waarop in het „aardse rijk” van deze wereld gestalte moet worden gegeven aan de juiste uitoefening van recht en gerechtigheid. Daarbij kwam onder meer ter sprake dat Calvijn kritisch stond ten aanzien van het koningschap. Echter, een koning van de troon stoten was voor hem nooit een Bijbels-gewettigde optie.
Een belangrijk deel van het congres is, naast plenaire sessies en seminars, gereserveerd voor de presentatie van zogenoemde ”short papers”. Daarbij krijgen de deelnemers kans om een korte weergave te bieden van onderzoek waarmee ze bezig zijn. De vragen en kritische opmerkingen van de deelnemers zijn daarbij uiterst waardevol, omdat ze kunnen helpen om het onderzoek in het goede spoor te houden of te krijgen.
In een van deze ”papers” gaf prof. dr. Matt Boulton uit de Verenigde Staten zijn interpretatie van wat Calvijn met zijn reformatie zou hebben bedoeld. Het zou gaan om de hervorming van de kerk en de samenleving naar het model van het ideaal van het monastieke leven. De geestelijke vorming, die in de kloosters zozeer misvormd was geraakt, zou nu door prediking en pastoraat en alles waar de kerk voor staat tot een nieuw „heiligdom” voor God kunnen leiden. Een opmerkelijke gedachte die hij meegaf, was dat de titel ”Institutio” van Calvijns meest bekende boek wel eens zou kunnen verwijzen naar het kloosterleven. Daar werd het woord ”institutio” ook gebruikt voor het geheel van de monastieke instellingen en vorming. De ”Institutie” van Calvijn zou dan niet zozeer moeten worden gezien als systematisch leerboek, maar veel meer als handboek voor de geestelijke vorming van het leven van de kerk, naar het Woord van God. Meer een leefboek dan een leerboek dus!
Dr. M. A. van den Berg doet deze week viermaal verslag van het internationale Calvijncongres in Bloemfontein (Zuid-Afrika). Vandaag deel 2.