Multicultureel museumbeleid beloond
Het Bijbels Openluchtmuseum in Heilig Landstichting -bij Nijmegen- ontving woensdag uit handen van de minister van Commercie en Industrie van het sultanaat Oman een „waardevol geschenk.”
De gift, die werd overgedragen in het bijzijn van onder anderen prinses Margriet, bestaat uit „honderden uiteenlopende objecten”, waaronder disdasha’s (kleding), sambuqs (boten), zilveren khanjars (dolken), bruidsornamenten, wierookbranders, kamelenzadels, tapijten en korans. Alles afkomstig uit Oman.
Het museum is er duidelijk verguld mee. Het gaat hier, meldt het in een persbericht, om een „unieke verrijking van de inrichting van museumdorp Tell Arab. Oman spreekt met dit „vriendschapscadeau” waardering uit voor het feit dat in een westers museum onbevooroordeeld aandacht wordt geschonken aan de Arabische cultuur. De schenking van het sultanaat Oman laat zien dat het multicultureel museumbeleid een brug heeft kunnen slaan tussen culturen en religies die zich bewust zijn van hun gemeenschappelijke oorsprong in het Midden-Oosten.”
Directeur P. M. Gijsbers, een zeer tevreden mens? „Zeker, in allerlei opzichten. Het museum vertoont een geweldige dynamiek -precies zoals we die beogen. Want we kunnen rustig zeggen dat het ons multiculturele beleid is dat tot dit heel bijzondere initiatief heeft geleid. Fantastisch.”
Vanwaar dit gebaar?
„Dat heeft een voorgeschiedenis. In 2001, toen we met de stapsgewijze herinrichting van het museum begonnen, hebben we als eerste de omgeving van het vroegere Meer van Galilea onder handen genomen. Aan de oevers daarvan ligt sindsdien het Arabisch-islamitische vissersdorp Tell Arab, en dat is destijds geopend door de ambassadeur van het sultanaat Oman in Nederland. Zij vond het prachtig, en zag graag dat er nog meer spullen uit de Arabische wereld hierheen zouden komen. Dat moment is nu aangebroken.”
Is er sprake van een steeds verdergaande islamisering van het Bijbels Openluchtmuseum?
„Nee. Temeer omdat in het geschenk het godsdienstige element niet vooropstaat. Natuurlijk, we hebben ook een aantal korans gekregen, maar daarop ligt zeker niet de nadruk. Het gaat om beroemde producten uit de Arabische wereld, handelsproducten. Want we moeten niet vergeten dat Oman door de jaren heen een zeer nauwe handelspartner van Nederland is geweest. Zo was het Oman die de VOC hielp op haar reizen naar India. Daar komt bij dat er op dit moment verschillende exposities lopen die in het bijzonder aandacht schenken aan het christendom.”
U ziet het cadeau als een beloning voor het feit dat uw museum „onbevooroordeeld” aandacht besteedt aan de Arabische cultuur. Ook antisemitisme blijkt inmiddels onlosmakelijk met die cultuur verbonden te zijn.
„Ik denk dat het thema antisemitisme op een tentoonstelling deel moet uitmaken van een groter betoog. Niet alleen de Arabische cultuur, de islam, ook het christendom zou daarin betrokken moeten worden. Wat wij willen, is slechts de drie abrahamitische godsdiensten naast elkaar zetten, met name op het punt van hun cultuur. We zien het niet als onze taak de identiteit van die religies te benadrukken.”
Het is opvallend dat het vooral christenen zijn die spreken over de abrahamitische godsdiensten en hun gelijkwaardigheid. Moslims bijvoorbeeld hoor je daar niet over.
„Hierover zou in Nederland eens een diepgaander debat moeten worden gevoerd. Niet te ontkennen valt dat de situatie als het gaat om multiculturaliteit wereldwijd steeds moeilijker wordt. Kijk, als je in het inwendige van een gelovige kon kijken, zou je zien dat hij zijn eigen godsdienst over het algemeen toch als de ware beschouwt. Maar nogmaals, ik denk niet dat het onze taak is om het wezen van een bepaalde religie te beklemtonen en onderlinge controverses uitvoerig te belichten.”
Bisschop Hurkmans van Den Bosch ontsloeg het museumbestuur nu ruim een jaar geleden, oneens als hij het was met de multiculturele lijn die het museum volgt. De kwestie loopt nog steeds. Hoe beoordeelt de bisschop het geschenk van het sultanaat?
„De zaak is inderdaad nog altijd de wereld niet uit -al verwacht ik dat dit vóór oktober wel het geval zal zijn. Van een andere bisschop, Bluijssen, hebben we in elk geval een heel positieve reactie gehad. Ik verwacht dat ook Hurkmans opgetogen zal zijn.”