Toebereid
Mattheüs 13:3
„Ziet, een zaaier ging uit om te zaaien.”
De strijders om in te gaan over de nauwe weg zijn weinig in getal. De meeste mensen hebben er geen lust toe. Sla het oog maar op de gelijkenis. Hier zien we vierderlei aarde, waarvan maar één soort de rechte aarde is. Die draagt goede vruchten.
Drie bodemdelen, verreweg de grootste, dragen geen vrucht tot zaligheid. Alleen het vierde deel, het kleinste, ontvangt het zaad van Gods Woord in een goed en eerlijk hart, als in een welbereide aarde, waar het neerwaarts wortelen schiet en opwaarts vruchten draagt. Sommige dragen honderdvoud, andere zestigvoud, weer andere dertigvoud.
Aan het begin van deze gelijkenis zien we de Heiland aan de oever van het Meer van Galilea, waar vele scharen tot Hem vergaderen, om uit Zijn mond onderwijs te ontvangen. Om de drang van het volk te ontwijken, gaat Jezus in een schip dat daar aan het strand ligt. Dat schip maakt Hij tot Zijn preekstoel, zodat de stem van de Heiland uit het schip goed tot aller oren gebracht wordt. Deze gelijkenis is ontleend aan een zaaier en zijn bezigheid op de akker. Het is de gelijkenis van de vier soorten aarde en hun uitwerking.
Johannes Barueth, predikant te Dordrecht (”De parabel van de zaaier”, 1752)