Stop AWACS sleept ministerie voor de rechter
SCHINVELD (ANP) – De Vereniging Stop AWACS in de Limburgse gemeenten Onderbanken en Brunssum spant een kort geding aan tegen het ministerie van VROM. De vereniging eist daarin een dwangsom voor iedere keer dat een AWACS-vliegtuig meer dan 100 decibel aan geluid boven bewoond gebied veroorzaakt. Dat maakte de vereniging vrijdag bekend.
Stop AWACS verwijst naar een uitspraak van de Raad van State op 7 april van dit jaar. De vereniging leest daarin dat vliegtuigen van de naburige NAVO-basis in het Duitse Geilenkirchen boven Limburg onder de 100 decibel aan lawaai moeten blijven. Uit metingen blijkt dat die grens regelmatig wordt overschreden, aldus Stop AWACS.
Stop AWACS heeft los van het kort geding nog meer appeltjes te schillen met VROM, aldus een woordvoerder. Zo wil de vereniging dat VROM aan alle inwoners van Brunssum en Schinveld die binnen lawaaizones wonen, met terugwerkende kracht een schadevergoeding betaalt wegens geleden overlast. Stop AWACS denkt daarbij aan een bedrag van 2500 euro per jaar per inwoner. Verder wil de vereniging duidelijkheid over de grootte van de lawaaizones.
Ook wil Stop AWACS dat VROM aan tachtig inwoners van Brunssum een schadevergoeding van 2000 euro betaalt wegens het te lang rekken van procedures. Het gaat daarbij om een uiteindelijk door VROM verloren zaak rond de onrechtmatige kap van 6 hectare bos bij de landingsbaan van het AWACS-vliegveld, vlakbij Schinveld. De Raad van State kende twee inwoners van Brunssum en de Vereniging Stop AWACS begin dit jaar hierin een schadevergoeding toe. Maar Stop AWACS wijst erop dat nog eens tachtig inwoners bezwaar hadden gemaakt tegen het tijd rekken door het ministerie.
Een woorvoerder van VROM liet weten dat het ministerie sinds de uitspraak van de Raad van State in april al gesprekken voert over „de afwikkeling van de schadevergoeding voor alle betrokken partijen”. De eis tot dwangsom bij geluidsoverlast bevreemdt de zegsman. Hij wijst erop dat niet VROM boven het gebied vliegt, maar de NAVO. „De rechter moet maar bepalen of ze bij ons aan het goede adres zijn.”