Eis negen jaar wegens poging tot liquidatie
AMSTERDAM (ANP) – Landelijk officier van justitie Saskia de Vries heeft dinsdag voor de rechtbank in Amsterdam negen jaar gevangenisstraf geëist tegen de 37-jarige Erol M.
Volgens de officier heeft M. op 30 juli 1998 de Montenegrijnse crimineel Milos ‘Bato’ P. onder vuur genomen, terwijl deze in zijn auto zat voor het Okura Hotel aan de Amsterdamse Ferdinand Bolstraat.
Bato P. raakte ernstig gewond, maar overleefde het geweld. Direct na de aanslag wees hij een beschuldigende vinger naar Erol M., met wie hij die avond een afspraak had. P. is een hoofdrolspeler in de zogenoemde Joegomaffia, die in de jaren negentig en daarna een belangrijke en veelal gewelddadige rol heeft gespeeld in de hoofdstedelijke onderwereld. Toen de politie een dag na de liquidatiepoging een inval deed in het huis van M. in Amsterdam-Noord, bleek deze met de noorderzon vertrokken.
De politie in Zweden arresteerde M. in februari van dit jaar, op verzoek van Nederland. De Serviër ontkent iedere betrokkenheid bij de aanslag. Hij verklaarde dinsdag zich niet veel meer van zijn Amsterdamse tijd te kunnen herinneren, vooral als gevolg van buitensporig drugsgebruik. M. lijkt hoe dan ook de misdaad de rug te hebben toegekeerd: samen met zijn vrouw runt hij momenteel een bedrijfje dat zich toelegt op binnenhuisarchitectuur.
Enkele maanden na de aanslag op Bato P. werd in het Servische dorp Priboj een eveneens mislukte poging ondernomen Erol M.’s broer om het leven te brengen. Bato P., die nauwe banden zou hebben onderhouden met onder (vele) anderen Willem Holleeder, is voor dat feit inmiddels veroordeeld. Justitie beschouwt die aanslag als een zuivere wraakoefening en derhalve als een sterke aanwijzing voor de schuld van Erol M.
Bato P. trok zijn belastende verklaringen tegen M. betrekkelijk recent weer in. Ook dinsdag hield hij vol M. niet te kennen, laat staan te herkennen als de man die hem wilde doden. Logisch, die draai, vindt justitie, omdat P. ontkent een wraakactie op touw te hebben gezet.
Het motief voor de aanslag op Bato P. is onopgehelderd. De zaak is een onderdeeltje van een groot strafrechtelijk onderzoek dat het landelijk parket uitvoert naar een reeks dodelijke gewelddadigheden in criminele kringen. Holleeder duikt veelvuldig in dat onderzoek op, maar is formeel geen verdachte.