Surinamers verdeeld over president Bouterse
AMSTERDAM – De kogel is door de kerk. Suriname heeft Desi Bouterse gekozen tot president. Surinamers in Nederland reageren verdeeld. Onverschillig bijna.
De zon brandt op het Ad de Komplein in Amsterdam. Kooplieden stallen op de Amsterdamse Poort hun waren uit. Bloedworst, vleesworst, kipvleesworst, fladder. Roesa Simons (45), kleurige Surinaamse pet, zit aan de radio gekluisterd. „Om 18.00 uur doet Radio 1 verslag van de verkiezing.”
De transistor kraakt. Ronnie Brunswijk leest één voor één de stemmen voor. „Bouterse… Bouterse… Santokhi… Bouterse…” In de Nationale Assemblée (DNA) kiezen 36 parlementariërs voor de oud-legerleider. Een gejuich stijgt op als de oud-couppleger de ondergrens voor zijn verkiezing bereikt.
Slager Simons in Amsterdam ligt er niet wakker van. „Misschien moeten we hem een kans geven. We zien wel waar het schip strandt. De aartsvijanden Gadaffi en de Verenigde Staten zijn nu ook vrienden geworden? Wie had dat ooit gedacht?”
De verkiezing van Bouterse tot president verdeelt de Surinaamse gemeenschap in Nederland. Ouderen hebben grote moeite met het aantreden van de oud-legerleider als staatshoofd. Jongeren stappen gemakkelijker over zijn dubieuze verleden heen. Bouterse wordt verantwoordelijk gehouden voor de moord op vijftien politieke tegenstanders in 1982.
Celina Dijksteel (82) uit Paramaribo moet niets hebben van Bouterse. „Ik ben niet blij met hem. Echt niet.” Twee zoons van haar waren militair –„van het andere kamp”– in de periode dat de toenmalige legerleider met geweld de macht greep. „Ik heb de kogels horen fluiten. We moesten rennen. Ik was echt bang.”
De bejaarde Surinaamse is een paar maanden op bezoek bij haar dochter in Amsterdam. „De verkiezing van Bouterse is erg voor het land. Ik weet wat er gaat gebeuren. Andere landen willen niet meer samenwerken. Ik denk dat Suriname erop achteruit gaat. ”
Dochter Cleo Shakison (38) haalt haar schouders op. „Zij is van de oude stempel. Ze heeft de coup nog meegemaakt. Ik ben blij met de vernieuwing die Bouterse brengt. We kijken wel hoever hij komt.”
Van het mogelijk moorddadige verleden van Bouterse ligt ze niet wakker. „We weten toch niet of hij het heeft gedaan? Tuurlijk heb ik wel moeite moet zijn verleden, maar ik ben van: Laat maar zitten.”
Vader en zoon Maes staan eveneens lijnrecht tegenover elkaar. Immanuel Maes (82) wijst ook op een mogelijk internationale isolatie van Suriname onder Bouterse. „De consequenties dit dat met zich meebrengt, heeft ook Bouterse nog niet door.”
„Het buitenland wil geen zaken meer doen met Suriname. Het land krijgt geen leningen meer. Suriname is destijds onder hem kapot gemaakt, financieel kapot gemaakt. Zijn beëdiging wordt een mooie ceremonie. Maar over een paar maanden ligt het land uit elkaar. Onder dit regime ga ik nooit meer naar Suriname.”
Zoon Steve (45) reageert fel. „Ik spreek vader niet tegen, maar de oudere generatie klampt zich vast aan de traditie, aan de ideologie. Suriname heeft de achterliggende 25 tot 30 jaar geen moer gehad aan het buitenland. Het zijn parasieten die het land uitzuigen. We moeten ons niet blindstaren op het buitenland.”
Surinamers lopen af en aan voor hun dagelijkse inkopen. Bij Tjin’s – Surinaamse broodjes en maaltijden, bij de Surinaamse-Chinees Kim-Yin, op het marktplein. Groente, fruit, kleding. Een Surinaamse ijsboer verkoopt schaafijs met siroop. In twaalf smaken.
De politieke ontwikkelingen in hun thuisland lijken de meeste Surinamers vooral koud te laten. Tijssen Albertus (46) waardeert de inspanningen van Bouterse voor de armen. „Hij geeft mensen eten, hij bouwt huizen.”
Het gewelddadige verleden van de couppleger wuift hij weg. „Geef die man een kans.” Ook het feit dat Bouterse mogelijk vijftien tegenstanders om het leven heeft gebracht, verandert daar niets aan. „Er zijn zoveel presidenten die mensen hebben vermoord. Wie ben ik om hem te veroordelen?”
Een groenteboer –„geen naam”– haalt zijn schouders op over de moord van vijftien personen die Bouterse mogelijk op zijn geweten heeft. „Dat komt toch overal voor?! In Suriname is het maar één keer gebeurd.”
Veel Nederlandse Surinamers wijzen erop dat Bouterse democratisch is gekozen. „Het volk wil hem blijkbaar. Wat is het probleem dan?”, vraagt Simons zich af. „Suriname is ver van mijn bed.”
„Ik woon hier. Moet ik me druk maken over de problemen daar? Nederland is niet eens in staat een kabinet te vormen. Als Nederland anderen de les wil lezen, moeten ze eerst eens naar zichzelf kijken. Veel mensen kijken achteruit, we moeten vooruit kijken.”
Britney Blom (20), verpleegkundige in opleiding, vindt het aantreden van Bouterse prima. „Geen probleem. Dat gaat wel goed komen. Ik heb er vertrouwen in. Hij is degene die het land kan veranderen.”
Ze erkent dat hij een ‘verleden’ heeft. „Dat kan toch veranderen? Bouterse gaat naar de kerk. Hij heeft zich bekeerd, hij heeft zijn leven aan Jezus gegeven. Als je opnieuw begint, is het verleden voorbij”, vindt ze.
Ze erkent dat een erkenning van schuld of een belijdenis van schuld op zijn plaats zou zijn. Het uitblijven daarvan wringt met zijn kerkgang, geeft ze na enig aandringen toe. Aarzelend: „Het is tegenstrijdig. Hij zou dat wel moeten belijden.”
Lees ook het artikel van 28 oktober 1999 over de bekering van Bouterse.