„Uitzetten otter geen goed idee”
LEEUWARDEN – Het herintroduceren van de otter in de grote rivieren, zoals de provincies Gelderland en Limburg en Rijkswaterstaat willen, is volstrekt onverantwoord. Dat stelde de Stichting Otterstation Nederland (SON) in Leeuwarden gisteren.
Een van de belangrijkste oorzaken van het verdwijnen van de otter in Nederland, de slechte waterkwaliteit, is niet voldoende onderzocht, aldus de SON. „De mogelijke invloed van giftige stoffen zoals PCB’s op otters wordt ten onrechte gebagatelliseerd. De conclusie om snel tot herintroductie in de rivieren over te gaan is onverantwoord.”
Volgens de stichting is op veel plaatsen het gehalte kwik en PCB’s nog steeds te hoog voor visetende dieren. Ook moeten wettelijke regels voor visfuiken nog worden aangepast, want in de fuiken die nu in de rivieren worden gebruikt, verdrinken de otters. Zolang ottervriendelijke fuiken niet verplicht zijn, is het uitzetten strijdig met internationale regels.
Wetenschappers van onderzoeksbureau Alterra van de Wageningen Universiteit, stichting Ark Natuurontwikkeling en ecologisch adviesbureau Kurstjens hebben gekeken of er in de Oude IJssel, de IJssel, de Waal, de Neder-Rijn, de Gelderse Poort en het Maasdal otters kunnen worden uitgezet. Volgens hen kunnen er diverse otterpopulaties van elk zo’n dertig dieren worden uitgezet. „Langs de IJssel en in de Gelderse Poort bevinden zich de geschiktste plekken voor een nieuwe otterpopulatie.”
Het rapport ”Terugkeer van de otter in het rivierengebied” stelt dat de rivieren weer geschikt zijn voor het zoogdier. De otter verdween ongeveer vijftig jaar geleden uit de grote rivieren doordat het water zwaar was vervuild.
Volgens de SON heeft onderzoek van het Instituut voor Milieuvraagstukken (IVM), de Waterdienst en de SON aangetoond dat de invloed van verontreinigingen met onder meer PCB’s op de gezondheid van de otter nog steeds groot kunnen zijn. „Hoewel de kwik- en PCB-concentraties in de rivieren vanaf 1980 tot 2004 een duidelijke daling laten zien, zijn ze op veel plaatsen nog te hoog voor visetende dieren.”
De SON vindt dat het rapport meer aandacht had moeten besteden aan de actuele concentraties van schadelijke stoffen zoals die voorkomen in waterbodems en vissen. Het rapport vermeldt deze informatie niet.
In 2002 is de otter opnieuw geïntroduceerd in Nederland. In de kop van Overijssel en in Zuidoost-Friesland gaat het goed met het dier.
