Cultuur & boeken

Undercover voor misdeelden

Günter Wallraff schokte 25 jaar geleden de wereld door te onthullen hoe het leven als gastarbeider is. De oude staalindustrie is nu uit het Ruhrgebied verdwenen. Maar het moderne leven ziet er niet beter uit, zo toont de Duitse journalist in een nieuw boek.

2 July 2010 20:23Gewijzigd op 14 November 2020 11:05
Wallraff met een zwerver. Foto Absolut Medien
Wallraff met een zwerver. Foto Absolut Medien

Wallraff heeft het niet op de globalisering. „Daaraan houden de rijken zich vast om de armen te blijven uitbuiten”, vertelt hij in het tuinhuisje achter zijn woning in Keulen. „De rijkdom komt in steeds minder handen, van rijke families met weinig kinderen. Jongeren uit de lage milieus erven vervolgens de armoede.”

De linkse schrijver woont in de wijk Ehrenfeld, waar migranten uit de hele wereld hem omringen. Hij laat zijn bezoek wachten. Hij is in het woonhuis aan de telefoon met de advocaat van iemand die door zijn werkgever wordt uitgebuit. „Ik bel die baas op en zeg hem dat het moet veranderen. Anders publiceer ik het. Zo ben ik met veel problemen bezig.”

Hij oogt nog lenig en slank voor zijn 68 jaren. Dat vergt wel veel inspanning. Hij traint alweer voor een nieuwe ondergrondse operatie. „Nee – dat zeg ik niet. U merkt het vanzelf.”

Hij legt de Duitse editie van ”Heerlijke nieuwe wereld” voor zich op de ruwe houten tafel. In dat boek beschrijft hij hoe hij korte tijd leefde als Somalische immigrant, als verkoper bij een callcenter, als medewerker bij een broodfabriek en als dakloze op straat. In al deze situaties kreeg hij te maken met groot onrecht, zo stelt Wallraff.

Die autohandelaar in Magdeburg keek hem aan en zei: „Ik ken u, meneer Wallraff.” De verf op het gezicht van de undercoverjournalist verborg zijn rode kleur. Maar hij kneep hem wel. Toen hij uitlegde dat hij racisme aan de kaak wilde stellen, beloofde de verkoper hem niet te verraden.

„Ook in de broodfabriek ben ik herkend”, vertelt de schrijver. „Dat werd me achteraf verteld. Hetzelfde geldt voor het callcenter. Zo langzamerhand ben ik te bekend geworden.”

Het is dezelfde methode die hij begin jaren tachtig hanteerde, toen hij zich voordeed als Turkse arbeider. Het moderne Duitsland bleek te drijven op uitbuiting en bedrog van buitenlandse arbeiders. Ook in Nederland was ”Ik (Ali)” een waar kassucces.

Wallraff gelooft niet dat de wereld veel beter is geworden sinds hij in 1985 onthulde hoe de Turkse arbeiders werden misbruikt. „In sommige bedrijven zijn de arbeidsomstandigheden nog erger geworden. Denk aan de hogere productiviteit. Aan de stijging van het aantal kortetermijnbanen, waaraan ook mijn partij, de SPD, heeft meegewerkt. En dat in een van de weinige landen zonder minimumloon, waar mensen soms voor 3 euro per uur werken.”

Op cultureel gebied is de kaalslag enorm, meent Wallraff. „We zijn terechtgekomen in een onmondige vermaaksamenleving. Dat loopt uit op een uitholling van de democratie.”

Over de gastarbeiders in het Ruhrgebied is wel goed nieuws te melden, denkt de journalist. „Turken in Duitsland hebben het nu beter. Ze worden niet meer zo uitgebuit. Dat komt ook door mijn boek. Toch blijft Duitsland immigranten vijandig gezind. Voor elke nieuwkomer gaan er twee uit. Ondanks een hoge opleiding voelen ze zich niet geaccepteerd. Daarom ben ik als Somaliër de straat op gegaan.”

Hoe kunt u zo negatief zijn nu de zware industrie is verdwenen?

„Het slopende werk is wel verdwenen. Maar de arbeidersgemeenschap is nog even gesloten. De callcenterbranche is een groeiende bedrijfstak. Ik zag daar duizenden in een desolate toestand. Wat men daar verkoopt is voor 80 procent bedrog. Men geeft er niet om als mensen het niet kunnen betalen. Ik belde de mensen die ik overdag wat had verkocht, ’s avonds op om de zaak ongedaan te maken. Maar de echte callcenterverkopers krijgen zelfs pepmiddelen om meer te verkopen. Van slachtoffer zijn ze dus dader geworden.”

Vroeger hoopte u dat de wereld beter zou worden.

„Ik geloofde dat een goede omgeving de mens tot het positieve zou verlokken. In die veranderbaarheid van de mens geloof ik nog steeds. Aanvankelijk hoopte ik dat de wereld als geheel zich zou verbeteren. Daarin heb ik me gematigd. Toch probeer ik me naïef op te stellen en te worden als een kind.”

Hoe komt u bij het geloof in de veranderbaarheid van de mens?

„Pff, je kunt toch het onrecht niet over je heen laten komen? Ik houd me vanuit mijn rooms-katholieke opvoeding vast aan de Bergrede. Aan Jezus en Gandhi, aan Martin Luther King en Mandela. Zonder dat dit heel transcendent is; daarvoor ontbreekt me het geloof.”

Opeens begint Wallraff over zijn eigen leven, waarin hij twee echtscheidingen meemaakte. „Dit is mijn derde huwelijk. Om mijn langdurige afwezigheid te verdragen, zijn sterke vrouwen nodig. Maar ik deed het voor anderen.”

Bent u, hoe dan ook, teleurgesteld?

Hij slaat zijn armen over elkaar en zegt gedecideerd: „Wees realistisch en streef naar het onmogelijke. Denk aan de vrouwenbeweging. Gelijkberechtiging leek ook onmogelijk, maar vandaag is het zover. Alle sociale bewegingen zijn klein begonnen.”

Maar als de wereld als geheel niet beter wordt, zou je je idealen toch bijstellen.

„Ik heb –bij 15 graden onder nul– tussen de daklozen in een container en een bunker geslapen, maar beide zijn nu weg. Door mijn publicaties. Ook in de broodfabriek zijn dingen verbeterd. Ik geef de moed dus niet op.”

In uw boek stelt u daklozen en alcoholisten voor als slachtoffers. Waarom spreekt u nergens over hun eigen verantwoordelijkheid?

„Voor 90 procent treft het lot hen buiten hun eigen schuld. Velen van hen hadden vroeger een goede betrekking, in de auto-industrie of bij de kerk. Maar door de economische nood, gezinsomstandigheden of psychische ziekte zijn ze buiten het proces komen te staan. Als er fondsen en tehuizen genoeg zouden zijn, zou dat weer goed kunnen komen. Maar daarvoor is er te veel bureaucratie.”

Hoe ethisch is het om undercover te werken in plaats van met open vizier?

„Ik doe het juist om ethische redenen. De enige grens is dat ik geen privézaken publiceer. Mijn boek over de krant Bild heeft geleid tot een rechtszaak. In de zogenaamde ”Lex Wallraff” keurt de rechter mijn methode goed, omdat die het algemeen belang dient. De mensen voor wie ik het opneem, juichen dit ook toe.”

Heerlijke nieuwe wereld, Günter Wallraff;
uitg. Ambo, Amsterdam, 2010; ISBN 978 90 263 2262 4; 319 blz.; € 19,95.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer