Groen & duurzaamheid

Kannibalen aan het werk

Waterschap Zuiderzeeland zet in Zeewolde minuscule kannibalen aan het werk om de grote en de kleine boodschap uit het afvalwater te halen. En met succes. Ze werken goedkoper en milieuvriendelijker dan andere bacteriën, en eten hun familie daarbij ook grotendeels op.

19 June 2010 08:58Gewijzigd op 14 November 2020 10:57
De afvalwaterzuivering in Zeewolde. Foto Waterschap Zuiderzeeland
De afvalwaterzuivering in Zeewolde. Foto Waterschap Zuiderzeeland

Gedachteloos wordt keer op keer het toilet doorgetrokken. Waar de grote en de kleine boodschap blijven, zal de meesten een zorg zijn. Voor een afvalwaterzuiveringsinstallatie (awzi) ligt dat anders: daar moeten ze er schoon water van maken, dat geloosd mag worden in de sloot. En dat levert de nodige hoofdbrekens op.

Op een awzi doen bacteriën het werk, vertelt Leo van Efferen, technoloog bij waterschap Zuiderzeeland. „Als we ze beluchten met zuurstof eten ze heel efficiënt ons afval op. Daar groeien ze van. En dat levert ons een grote hoeveelheid bacteriemassa op –het zogeheten actief slib– waar we weer van af moeten. Op jaarbasis gaat het om 380.000 ton slib voor alle Nederlandse awzi’s samen.

Voor waterschap Zuiderzeeland kost het verwerken van een ton slib circa 500 euro, om het te drogen en vervolgens te verbranden in energiecentrales of te composteren. Bovendien vormen het transport en de verwerking van het slib een voortdurende belasting van het milieu”, verklaart Van Efferen.

Gewoonlijk mengen awzi’s in het beluchtingsbassin nieuw afvalwater met teruggevoerd actief slib, direct afkomstig uit de zuiveringsinstallatie. Awzi Zeewolde van waterschap Zuiderzeeland heeft sinds 2008 een extra behandeling. Het slib gaat 48 uur in een bioreactor en ondergaat een behandeling volgens het zogenaamde Cannibalproces van Siemens Water Technologies. Het waterschap verkleint daarmee de hoeveelheid slib, doordat de bacteriën elkaar opeten.

„We krijgen de bacteriën zo ver doordat we ze in een reactor af en toe beluchten en mengen. Als er geen zuurstof is, gaat een gedeelte van de bacteriën dood. De bacteriën die overleven, eten de dode op. Daardoor ontstaat een mengsel van brokjes organisch materiaal en nieuw slib. Deze mix gaat weer terug naar de zuivering. Het blijkt dat hierdoor de aangroei van nieuw slib 70 procent lager uitvalt”, legt Van Efferen uit.

Een nadeel van het Cannibalproces is dat het fosfaten niet geheel biologisch uit het afvalwater kan halen.

„Als bacteriën doodgaan en opgegeten worden, komt het fosfaat dat ze eerder hadden opgenomen, weer vrij. We verwijderen deze stof met chemicaliën. Daarbij ontstaat aluminiumfosfaat, in potentie een bruikbare meststof voor de landbouw.”

Van Efferen noemt het „een raadsel” dat in het proces 36 procent van het fosfaat spoorloos verdwijnt. „Dat verlies is wel groot. Metingen in de VS hebben dit laten zien. We weten in ieder geval zeker dat het element fosfor niet als giftig fosgeengas in de lucht vervliegt.” Samen met TNO zoekt het waterschap naar een verklaring voor dit mysterie.

De Cannibalinstallatie in Zeewolde is de eerste in Noordwest-Europa. Slaagt het experiment, dan overweegt men om ook andere awzi’s van een Cannibalinstallatie te voorzien, aldus Van Efferen.

„Het lijkt in ieder geval goedkoper uit te pakken. Het kost uiteindelijk iets minder energie, er is minder slibtransport nodig, we hebben minder polymeren nodig om het slib te ontwateren en een goede waterzuivering blijft gewaarborgd.”


Biobrandstof

De Delftse hoogleraar milieubiotechnologie prof. dr. ir. Mark van Loosdrecht noemt in TU Delta het verminderen van slib een achterhaalde gedachte uit de jaren tachtig en negentig. Het slib is volgens hem een prima biobrandstof.

Leo van Efferen is het gedeeltelijk met hem eens. „Er zijn echter twee manieren om hier tegenaan te kijken. Je kunt gaan voor maximale productie van slib om er maximaal energie uit te halen, of je probeert de hoeveelheid lokaal te verminderen, zodat je geld bespaart bij de verwerking van het slib.”

Van Efferen: „Ik vind het belangrijk dat er meer mogelijkheden beschikbaar komen om slib te verwerken. Daarom hebben wij onze nek uitgestoken om het Cannibalproces te testen.”

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer