Dit zijn drie belangrijke wensen van de PO-raad, een vertegenwoordiging van besturen in het primair onderwijs, in een woensdagmiddag gepresenteerd investeringsplan voor de komende tien jaar.

Doel van het plan is dat de onderwijsresultaten van het primair onderwijs in 2020 op een aantoonbaar hoger niveau zijn gekomen dan nu het geval is. In de ogen van de schoolbesturen kan over de hele linie de kwaliteit van het onderwijs omhoog. De professionaliteit van drie geledingen moet daarom centraal komen te staan: van de leraar, van de schoolleider en van het schoolbestuur.

Zo bepleit de PO-raad dat alle schoolteams in het basis-, speciaal basis- en speciaal onderwijs elk jaar minimaal een week nascholing gaan volgen. Daarnaast zouden alle leraren elke twee jaar een week verplichte basisscholing moeten krijgen op een post-hbo- of academisch niveau. Verder is het wenselijk dat er voor schoolleiders een afzonderlijk professionaliseringstraject komt, omdat schoolbesturen vinden dat leiderschap een cruciale factor is voor een hogere onderwijskwaliteit.

Als het aan de schoolbesturen ligt, worden alle leraren ook opgenomen in een register, waarin hun bevoegdheid en bekwaamheid staan. Een docent die zijn kennis niet op peil houdt, wordt geschrapt uit het register, met als consequentie dat diens rechtspositie verslechtert.

Verder is een vurige wens van de PO-raad dat er meer academisch geschoolde leraren komen. De huidige ”academische pabo” leidt de komende jaren zo’n 250 nieuwe leraren per jaar op. Om in 2020 5 procent van de leraren met een academische opleiding te hebben, moeten er echter de komende tien jaar jaarlijks 665 docenten zo’n opleiding krijgen.

Voor een betere samenwerking tussen onderwijs en overheid bepleit de PO-raad samenvoeging van de huidige ministeries van Onderwijs en Jeugd en Gezin.