Dat staat in een advies dat de voorzitter van de raad, Van Wieringen, woensdagmorgen in Delft overhandigd heeft aan minister Rouvoet van Onderwijs.Het gaat om een vrijwillig aanbod waar ouders al dan niet gebruik van kunnen maken. Verder is het de bedoeling dat peuters spelenderwijs worden gestimuleerd en begeleid.

Op dit moment gaat ruim 90 procent van de driejarigen al naar een kinderdagverblijf, peuterspeelzaal of voorschool. De kwaliteit van deze voorzieningen varieert sterk en lijkt volgens de Onderwijsraad eerder af dan toe te nemen. De raad pleit daarom voor een verantwoord pedagogisch aanbod voor alle driejarigen, bekostigd door de overheid en verzorgd door de basissschool.

Kinderen zetten tussen hun tweede en zesde levensjaar enorme stappen in hun ontwikkeling. Dat zullen ze volgens de Onderwijsraad het best doen als ze hierbij begeleid en gestimuleerd worden door gekwalificeerd personeel.

In Vlaanderen biedt de overheid deze voorziening al aan. Vrijwel alle ouders maken er gebruik van.

De basisscholen kunnen volgens de Onderwijsraad nu reeds gaan werken aan een programma voor de driejarigen. Dat kan door het aantal wendagen voor deze groep uit te breiden en door de leraren van de onderbouw speel- en leeractiviteiten te laten uitvoeren bij de kinderopvang.

De raad berekende dat de verlenging van de kleuterperiode voor de rijksoverheid een relatief beperkte extra investering van 100 à 200 miljoen euro vergt.