„Christenstudent passief op universiteit”
Christenstudenten zijn vaak wel actief in hun kerk, maar niet op de universiteit. Ze nodigen wel niet-christenen uit om kennis te nemen van hún opvattingen, maar doen dat omgekeerd niet, zegt Vinoth Ramachandra uit Sri Lanka. „Het resultaat is een onvruchtbaar isolement.”
Ramachandra was onlangs een aantal dagen in Nederland vanwege een internationale studentenconferentie van de IFES (International Fellowship of Evangelical Students). Hij is sinds 1987 regionaal directeur voor IFES in Zuid-Azië.Vinoth Ramachandra werd geboren in Colombo (Sri Lanka). Hij studeerde nuclear engineering aan de University of London en behaalde op dit vakgebied zijn doctorstitel. In 1980 ging hij terug naar Sri Lanka om er te helpen bij het opzetten van christelijk studentenwerk op de universiteiten.
Als regionaal directeur van IFES maakt Ramachandra deel uit van het IFES Senior Leadership Team. Zijn rol bestaat onder meer uit het geven van lezingen en seminars op universiteiten. Hij schreef inmiddels vele essays en boeken, waaronder ”Subverting Global Myths: Theology and the Public Issues that Shape Our World (2008)”.
Ramachandra snapt niet dat Nederlandse studenten geloof en wetenschap nog zo kunnen scheiden. „In Nederland is er een rijke traditie van christenwetenschappers die geloof en wetenschap met elkaar verbinden: Kuyper, Hooykaas, Rookmaker. Christenstudenten zijn wel genegen om te evangeliseren, maar dat is wat anders dan aantonen dat het christendom relevant is voor de wetenschap.”
Hij hoopt dat christenstudenten meer gaan participeren in organisaties van niet-christenen. „Er zijn zo veel mogelijkheden op het gebied van mensenrechten, milieu en andere terreinen. Organisaties stellen vragen aan christenen, die daarmee de gelegenheid krijgen om hun drijfveren bekend te maken. Zo werk ik voor een seculiere beweging voor burgerrechten in Sri Lanka en kan ik uitleggen wat de betekenis van mensenrechten voor christenen is. Mijn ervaring is dat niet-christenen openstaan voor aanhangers van welke religie dan ook. Praat en werk met hen, en je zult zien welke kansen er liggen.”
Seculiere universiteiten
Ramachandra spreekt in de hele wereld. In Amerika nam hij deel aan debatten van Veritas, een platform waar academici en studenten elkaar ontmoeten. Hij spreekt uitsluitend op seculiere universiteiten, zegt hij. „IFES legt de prioriteit bij deze instellingen. Bij de ene universiteit ben je welkom, bij de andere niet. Dat hangt vooral af van de bestuurders. Ik kom net van de universiteit van Mexico, waar ik mijn lezing niet op internet mocht zetten. Maar andere universiteiten, zoals Columbia en Berkeley, staan open voor bijdragen van christenen.”
In Azië groeit het aantal christenstudenten, constateert hij. „Het is van belang dat christenstudenten daar elkaar ontmoeten en inspireren. In Pakistan en Vietnam ligt de situatie voor christenen moeilijk. In China groeit het aantal gelovigen onder wetenschappers en studenten behoorlijk. Er zijn landen waar het niet mogelijk is om in het openbaar over het christendom te spreken, maar het ook niet verboden is om met je medestudenten een Bijbelstudie te organiseren. In Indonesië heb ik een debat meegemaakt met moslims en christenen.”
Overtuigder
De Sri Lankaan is niet onder de indruk van „klaagzangen” over het verval van de kerk in het Westen. „De kerk is inderdaad kleiner geworden, maar de kern overtuigder vergeleken met vroeger. Toen was een groot deel slechts in naam christen.”
Evenmin herkent hij het beeld van een antichristelijk klimaat op westerse universiteiten. „De situatie verschilt per land. In Duitsland is er meer openheid dan in Frankrijk. Vriendschappen zijn momenteel erg belangrijk in het overbrengen van de boodschap van het Evangelie. Natuurlijk moet je niet gaan preken. Maar er is nog te veel terughoudendheid.”
Christenstudenten zijn vaak geneigd om snel hun diploma te behalen en de maatschappij in te gaan, stelt Ramachandra vast, wereldwijd. „Van het totaal aantal christenstudenten is 75 procent niet actief. Ik heb voor de IFES gesproken over de rijke jongeling. Hij wilde niets opgeven van zijn rijkdom. Als je je eigen studie als prioriteit ziet, verafgood je je studie, zoals de rijke jongeling zijn geld. Maar als je God dient en je studie dááraan dienstbaar maakt, laat je zien dat je gehoorzaam bent aan God.”